Alweer een regenachtige dag, Dour dag vier is niet beter dan de vorige, dus eenmaal wakker wachten we op een droog moment en pakken de tent alvast in, voordat deze weg zal drijven. Als we bij de auto aankomen, waar we onze spullen achter zullen laten, is het maar goed dat we dit nu gedaan hebben, de auto staat bijna onder water. Snel verplaatsen, spullen erin en weer genieten van de laatste dag van het festival.
Met voeten die verkrampt zijn van alle dagen door de modder banen we ons een weg naar onze favoriete tent; ClubCirquit Marquee. Hier wachten we op de komst van Vlaams trots, ooit voorprogramma van onze eigen De Staat, Wallace Vanborn. Het trio Wallace Vanborn is geen onbekende meer in België, met een reputatie voor goede liveband zijn mijn verwachtingen hoog gespannen. Helaas kan Wallace Vanborn deze keer niet overtuigen, de zang van Ian Clement valt weg in het woeste geweld van Bassist Dries Hoof en drummer Sylvester Vanborn. Maar er is een reden dat we toch blijven kijken, en dat is niet alleen doordat we het lopen door de modderlaag wel zat zijn, Wallace Vanborn is sympathiek, ze zien er uit als lieve jongens die je de wereld gunt, je weet dat ze beter kunnen, want dat hebben we eerder gezien (voorprogramma De Staat) daarom kijken we toch naar het hele optreden en applaudisseren we luid voor alle nummers, net als het handjevol publiek dat wel een kijkje wilde nemen bij de band.
Gelijk na Wallace is het tijd voor de Noorse Team Me, ooit begonnen als solo project maar nu uitgergroeid tot zesmans band. Jong zijn ze, de vijf jongens en het ene meisje. En het meisje is nog nieuw ook, toen ze in januari in Groningen op Eurosonic stonden was Synne Øverland Knudsen (het zusje van Tord Øverland Knudsen, je weet wel, die ene van The Wombats) nog het meisje waar alle jongens zich aan moesten vergapen, maar toen Synne een paar maanden geleden zich niet meer kon vinden in de richting waarin Team Me ging, werd haar plek ingenomen door Elida Inman Tjørve. En eerlijk gezegd missen we Synne een beetje, ze bracht de schattigheid mee met de band, een band die nu iets te bijzonder wil doen voor wat ze zijn. Een band waar langzamerhand dertien in een dozijn van te vinden zijn. Hoewel Team Me erg zijn best doet is de magie waarmee ze op Eurosonic stonden verdwenen en is het niet meer geworden dan een van de velen.
Vlak voordat we Dour gaan verlaten pikken we nog even Givers mee, een vijftal uit Louisiana, prediken naar eigen zeggen vreugde en plezier, misschien ligt het aan het feit dat we bijna naar huis gaan, misschien aan de muziektent die we deze dag toch te veel hebben gezien, maar ook Givers weet ons niet helemaal te overtuigen. De zangeres heeft een loepzuivere, heerlijk heldere stem maar weet niet boven de andere muzikanten uit te komen. De nummers lijken op elkaar en er wordt weinig met het publiek gespeeld. Als het laatste nummer wordt ingezet lopen we de zaal uit, het is tijd om naar huis te gaan, tijd voor een douche en een bed.
Eenmaal bij de auto gaan de laarzen uit en rijden we Dour uit. De weg terug in de auto dromen we terug naar de afgelopen dagen, een festival zo nat als Dour hebben we nog nooit mee gemaakt, maar toen de acceptatie er eenmaal was, was het prima te doen, een festival als dit bestaat niet in Nederland en dat is meteen de charme, de rust die mensen vonden terwijl ze hun kleding langzaam in een modderkleur zagen veranderen. De acceptatie dat er toch niets meer aan te doen viel. Dour, je was vreemd maar geweldig.