Van 15 tot en met 18 december werd de arena van Ahoy omgetoverd tot één grote kattenbak. Voor een reeks van vijf voorstellingen in het kader van hun wereldtournee streek het internationale ensemble van Cats neer in Rotterdam, om het publiek mee te nemen in de bijzonder muzikale belevingswereld van deze eigenzinnige beestjes.
Het was niet de eerste keer dat deze vrolijke kattenrevue te zien is in Nederland. In de 40 jaar sinds de eerste uitvoering van Cats in London zijn er al meerdere Nederlandstalige producties opgevoerd in ons kikkerland, en ook de internationale cast heeft met de musical in zijn oorspronkelijke taal al diverse malen ons land aangedaan. Nooit echter in een dusdanig grote locatie als het Rotterdamse Ahoy. En laat dat nou ook het grootste euvel zijn van deze reeks voorstellingen…
De Arena van Ahoy leent zich uitstekend voor popconcerten, waarbij juist de luide muziek en de feestende mensenmenigte genoeg zijn om de sfeer te zetten. Voor een theatervoorstelling is de zaal toch net even te kil om echt het gevoel te hebben van een avondje theater. Vooral vanaf de eerste of tweede ring gezien ogen de gelimiteerde plaatsen op de vloer erg kaal met alle ruimte naast en tussen het publiek. Ook de belichting op de trappen van beide ringen, die overigens vrij ondoordacht reflecteren op de glazen railing, is een vrij storende factor waardoor je in de eerste instantie dat onbezorgde gevoel moet ontberen.
Gelukkig wist de internationale kattenbende iets na aanvangstijd een waar spektakel neer te zetten. Na een speels, maar ietwat onheilspellende ouverture sprongen de spelers behendig en katachtig vanuit alle kante van de zaal en het podium. Ondeugend interacterend met het publiek op de vloer wist het ensemble ons mee te nemen in de kolderieke musicalklassieker, waarbij de katten zich in een aaneenschakeling van zeer diverse nummers voorstellen aan de toeschouwers en strijden om de kans op een nieuw leven tijdens het “jellicle ball”.
Qua verhaal stelt de voorstelling weinig voor, maar het is een genot om te zien hoe de vuilnisbelt die het bijzondere decor voor moest stellen zich bijvoorbeeld wist te ontspinnen tot een provisorische stoomlocomotief, of schuilplekken bood voor de legio katten. Bijzonder ingenieus. Ook bijzonder was het heerlijke spel (waar het plezier overigens vanaf spatte), iedere kat had daadwerkelijk een eigen persoonlijkheid die zich vertaalde naar de onwijs knap gechoreografeerde bewegingen.
Echte hoofdrollen kent de voorstelling niet, iedereen kreeg zijn moment in de spotlights. Wel kregen personages als publieksfavorieten The Rum Tum Tugger en de magische Mr. Mistoffelees net even wat meer aandacht in de aaneenschakeling van de flinterdunne raamvertelling. De daadwerkelijke rode draad, het enige echte stukje plot dat opgepikt kon worden door de toeschouwers, was tevens het grote hoogtepunt van de show: de vergane glorie van Grizabella, en haar aanloop naar de ijzingwekkende uitvoering van het grijsgedraaide maar onvergetelijk mooie ‘Memories’. Grote complimenten aan haar vertolker tijdens deze tour, Jacinta Whyte. Wat een stem heeft die vrouw, en wat een emotie.
Tweeënhalf uur, inclusief een pauze waarbij ook enkele katten het publiek vermaakten, waren duizenden mensen gebiologeerd door de immens vrolijke wereld van deze karaktervolle katten. Voor de kinderen in de zaal was de Engelstalige uitvoering wellicht net een te grote drempel, maar de ouders en alle andere volwassenen in de zaal waanden zich weer even in een wereld vol kinderlijke verwondering. En even… heel even… vond die kille kattenbak van Ahoy toch nog een ziel.