Weinig bands uit Ierland zo bekend als Clannad. Naast een band, is Clannad vooral een familie. Meer dan vijftig jaar lang deelden de Brennan’s en bloedverwanten de Duggans lief en leed op het podium tot oerlid Padraig Duggan enkele jaren geleden overleed. Inmiddels heeft de legendarische band besloten om na een laatste ereronde de band tot rust te brengen. Dit doen ze niet zonder enkele shows in Nederland te spelen. Eerste stop: een uitverkocht Concertgebouw Amsterdam.
Twee doorschijnende doeken vormden het sobere decor in een uitverkocht concertgebouw. Sober, maar doeltreffend, de doeken accentueerden het prachtige antieke orgel dat statig op de achtergrond prijkte. De band zelf stak bescheiden af tegen de grootsheid van de zaal, zonder hierin verloren te raken. Een strak geregisseerde lichtshow toverde organische en droomachtige beelden op het rijk gedecoreerde plafond en de net zo positief potsierlijke muren van de grote zaal.
Het publiek werd getrakteerd op een dwarsdoorsnede uit het oeuvre dat Clannad in zijn vijftigjarig bestaan heeft opgebouwd. Daarbij lag in de eerste set de nadruk met name op de Gaelische nummers, gezongen in hun originele taal. Met name de eerste set kreeg hierdoor een fijne en dromerige sfeer mee. In de tweede set sijpelde er steeds meer Engels de nummers is, en lag het tempo ook wat hoger. Van de dromerige beelden rolden we rechtstreeks in knusse pubs en vrolijke volksfeesten, waarbij (immer poëtische) drinkliederen ook niet werden geschuwd.
Pól Brennan, die op gitaar rechts als een energieke ringleider de bandleden en het publiek opzweepte en aanwakkerde wist met een knipoog diverse Gaelische termen of culturele verschillen uit te leggen aan het publiek. Een schril contrast met Ciaran Brennan die links op bas een lomere energie met zich meebracht, gepaard met een droger gevoel voor humor. Centraal in het midden, met haar harp en kristalheldere zang, wist Moya met een moederlijke warmte de zaal te betoveren.
Muzikaal was de avond dik in orde en de akoestiek geweldig, hoewel de avond niet geheel vlekkeloos verliep. Hier en daar werd wellicht een klein foutje gemaakt en wanneer het relatief nieuwe nummer ‘A Celtic Dream’ werd gespeeld merkte je dat er iets niet klopte. Snel daarna legde Moya het concert even een paar tellen stil en verontschuldigt zich, haar harp stond verkeerd gestemd. Het zijn de foutjes als dit die de band menselijk en benaderbaar maken. Het maakte de avond intiem en gemoedelijk, ondanks de ruim 2000 man in het publiek.
Na de twee sets was er nog ruimte voor een spectaculair toegift, die de zaal klappend en dansend mee wist te krijgen, alvorens zij na een staande ovatie naar huis werden gestuurd. Van de warme concertzaal waar men weg kon dromen in een Keltische fantasie, naar de verschrikkelijk Hollandse bui buiten, en de wetenschap dat de meeste mensen de legendarische folkband voor het laatst hebben gezien. Clannad in topvorm liet Amsterdam achter met de herinnering aan een heerlijke Keltische droom.