Het regende pijpenstelen, er is kermis in Maastricht en 500 gasten gaan oude tijden herbeleven met de swing en de Big Bands in het Theater aan het Vrijthof. Big Bands waren in New Orleans in de jaren ’40 heel hot, de muzikanten van die tijd konden goed geld verdienen, ze waren op elke hoek van de straat te zien en te beluisteren. De swingperiode was zeer populair in die jaren, dat was dus draaien met je heupen en voeten los van de grond, het amusement in die jaren vierde hoogtij.
In het Theater aan het Vrijthof herleefden oude tijden van toen. De swing op volle toeren met The Jack Million band, deze band draait er zijn hand niet voor om de jaren ’40 te laten herbeleven. Deze Bigband weet hoe je mensen moet entertainen met enthousiasme en plezier. De muziekliefhebber in de zaal genoot met volle teugen, zo kwamen vrijwel alle ballroomklassiekers voorbij van het Glenn Miller Orchestra en het werd begeleid door 10 Lindy Hop-dansers, zij deden de ouden tijden van toen herleven, het was leuk om te zien hoe de muziek van Glenn Miller toch ook bij de jongere generatie leeft.
Deze big band is opgenomen in de Sally Bennett Hall of Fame, dus niet de eerste de beste Big Band. Dus “Let The Swing Begin”, de eerste twee nummers waren van Glenn Miller, daarna kwam Benny Goodman met ‘All The Cats Join In’. Dit nummer is gebruikt in een Disney-film, mooi als zo een big band laat horen wat ze in huis hebben. Echt de tijd van de veertiger jaren samen met een trio zangers, twee dames en een heer, was het plaatje compleet. Zo vertelde de bandleider over Benny Goodman, deze werkte samen met hele beroemde zangeressen, namelijk Billy Holiday en Peggy Lee.
Na de pauze kwam Mo Jones Big band met zijn 20 muzikanten tellende band acte de prĂ©sence geven in het theater aan het Vrijthof. Mo Jones – alias Jan van der Burgt – uit Sittard speelde bijna een thuiswedstrijd. Deze band is al meer dan 16 jaar fanatiek bezig in het genre jazz, funk, rhythm & blues. Mo Jones is de bandleider en zanger en vooral een gepassioneerde muzikant, hij bespeelt dan ook zijn favoriete Hammond. De band heeft al heel wat zalen van binnen gezien maar ook stonden ze op het North Sea Jazz en Pinkpop en vooral ook in de danszalen in Limburg.
Toch liep het niet zo als Mo het had gewild, er was wat met zijn Hammond. Jennie Len, voormalige Voice of Holland-finalist, probeerde het op te lossen door op het podium te komen en al te beginnen met haar optreden, er was vooral veel humor tijdens de show. Mo loste het met humor, het optreden was al 2 jaar terug geregeld, daarna heeft Jennie een tour gedaan in Amerika in Los Angeles. Toen kwam ze officieel op het podium als speciale gast. Haar stem is krachtig maar vooral mooi.
Deze Amsterdamse zangeres, klein van stuk maar met een mooie en krachtige stem, wist het publiek voor zich te winnen met heel veel humor en vertelde dat ze gestopt was met Tinder vorige week, ze had wel een date maar toen hij vertelde wat zijn hobby was haakte Jennie af, hij deed in modeltreintjes. Wanneer je Jennie hoort zingen denk je aan een grote Amerikaanse zangeres, toch komt deze alleskunner uit Nederland, haar stem en performance is haar visitekaartje. Je ziet dat dit bij Jennie Lena in de vezels zit, entertainen is het liefste wat doet, wat een vocale duizendpoot.
Talent komt altijd boven drijven, dit hoor je aan haar passie voor het zingen, dit komt rechtstreeks uit het hart daarom heeft ze ook wereldwijd fans van haar muziek. Jennie opent met liedje ‘I Just Wanna Make Love To You’ van Etta James, het klonk fantastisch en het publiek gaf haar een enorm applaus. Daarna volgden ‘You Make Me Feel Like A Natural Woman’ van Aretha Franklin. Jennie vond zichzelf niet zo goed uitzien, “en wat je niet van je zelf hebt haal je uit potje”.
Je merkte aan alles om je heen in het theater dat het publiek zich vermaakte en dit soort muziek moet veel meer terug komen in deze tijd, muziek verbindt en dat is wat mensen in deze tijd nodig hebben. Dit was voor herhaling vatbaar, het Theater aan het Vrijthof en Jazz Maastricht heeft weer zijn visitekaartje afgegeven.
Foto’s (c) Patrick Strouken / Maxazine