De Zweedse rockband Jetbone kan de weg naar Weert zo langzamerhand bijna blindelings vinden. Vorig jaar stonden ze op Bospop, op dat grote podium kwam hun dynamische manier van performen prima tot zijn recht. Zondagmiddag 24 maart stonden ze in het cafégedeelte van De Bosuil. Hier hebben ze al een paar keer eerder gestaan, ook op een kleiner podium kunnen ze goed uit de voeten. Deze vijf jonge rockers voegen soul en funk toe aan hun rock, de invloeden komen uit de jaren ’60 en ’70. Dit zijn mannen met een missie: Ze streven ernaar om meer rock op de radio te horen en minder sh*t.
Het was gezellig druk geworden toen de mannen iets na vier uur het podium betraden. Bassist/zanger Gurten Sjödin begroette de fans, als eerste werd het opzwepende ‘Don’ t hold me back’ gespeeld. Dit komt van hun album ‘Come out and play’ (2018). Gurten had hier de leadzang. De mannen waren direct goed op dreef, je voelde dat dit een energieke middag zou worden. Tijdens ‘Chickadee’ had gitarist Alin Riabouchkin de leadzang. Door een skiongeluk moest hij zittend spelen, toch wist hij zijn energie over te brengen. Gitarist Sebastian Engberg was behoorlijk enthousiast. Ook al hoefde hij geen grote delen van de tekst mee te zingen, hij deed dat wel.
‘Come out and play’
Albin Linder drumde het intro van de titeltrack van ‘Come on and play’. Dit wordt afgekort als C.O.A.P (wat te lezen was op de t shirts die bij de merchandising lagen). Albin drumde net als altijd goed strak, maar met behoud van dynamiek. Met zijn bescheiden manier van performen hield hij ondertussen alles nauwlettend in de gaten. Alin kon niet naar Sebastian en Gurten toe, dus kwamen zij naar hem toe. Naast elkaar, als drie musketiers, staken ze de hals van hun (bas)gitaar in de lucht. Links om of rechts om, er moest gerockt worden. Gurten zwiepte de hals van zijn bas alle kanten op, ook Sebastian was enorm beweeglijk. Alle bandleden van Jetbone zijn even belangrijk, er heerste totaal geen rivaliteit.
De gitaarsolo’s werden net zo makkelijk afgewisseld als de leadzang. Het publiek was getuige van een goed staaltje teamwork, dat gold ook voor de backing vocals die deze mannen erbij doen. Toetsenist Rasmus Fors zorgde regelmatig voor de achtergrondzang. Zijn manier van spelen oogt wat rustiger, maar hij speelde wel regelmatig in flink hoog tempo. Het was vooral Gurten die het contact met de fans zocht door ze aan te moedigen mee te klappen of te zingen. Bovendien vertelde hij tussen een enkel nummers door over hun missie: Rock terug op de radio.
‘Road in the sky’
Na de pauze speelden ze vol gas verder met ‘Are you ready?’. Het was niet alleen maar uptempo rock. In de meeste nummers waren er veranderingen in tempo en volume Deze werden op indrukwekkende wijze gespeeld, dat bleek uit het spontane applaus van de fans. De bezieling zat dus niet alleen in de energieke rock, maar ook zeker in de ingetogen delen. Zoals in ‘Road in the sky’, dit startte met een mooie solo van Rasmus. Het publiek was stil, je voelde de wisseling van sfeer. Gurten zong gevoelig en geloofwaardig. Tempo en volume werden mooi omhooggeduwd, om vlak voor het einde weer klein en ingetogen te worden. Rasmus was altijd al goed, maar deze middag speelde hij werkelijk de sterren van de hemel.
Er volgde een aantal rockende nummers, waaronder een ode aan Jerry Williams. Door de vibe kon Alin niet langer blijven zitten. ‘Working hard for your money’ was het laatste nummer, de mannen gingen backstage. Ze kwamen terug voor de toegift: ‘Everybody need somebody to love’. Nu werd het echt een dolle boel. Sebastian sprong van het podium om tussen de fans te spelen. Hij liet zich op de knieën vallen, zijn lijf achterovergebogen. Gurten volgde hem. Dit was een mooie manier om dit gave optreden mee af te sluiten. De mannen van Jetbone zijn heel vriendelijk en benaderbaar. Direct na het optreden mengden ze zich tussen het publiek om gezellig te praten, daar namen ze alle tijd voor. Jetbone mag zeker vaker terugkomen!
Foto’s (c) Hen Metsemakers