In het voorwoord van het album is Guus reëel over het verzamelwerk Nederlandse liedjes. “Het is géén poging om het beter te doen, het is anders”. De kracht van Hollandse Meesters ligt namelijk niet zo zeer bij de zanger Guus Meeuwis als wel bij de muzikale omlijsting door de New Cool Collective Big Band.
De samenwerking ontstond na aanleiding van de rubriek Changes van het programma De Wereld Draait Door. ‘Een meisje van 16’ van Boudewijn de Groot werd in een nieuw muzikaal jasje gestoken door Guus en de Big Band. De vruchtbare samenwerking was daarna terug te vinden tijdens Groots met een Zachte G concerten in 2013.
Anno 2014 is er een sterk album uitgebracht inclusief mini poster met de 20 muzikanten in een setting dat sterk doet denken aan de het schilderij de Nachtwacht. Voor de fotografen onder de lezers. Let op de gelijkenis van de centrale positie van Guus en Benjamin. Het naar de achter gelegen plek (zittend) van Miguel, de schuine stand van de bongo gelijk de trommel (ook aan de zijkant) op de Nachtwacht. De basgitaar, maar ook de schuiftrombones steken als speren omhoog uit het tafereel, zoals op het meesterwerk van Rembrandt. Uiteraard geen exacte kopie. Net als de CD Hollandse Meester is het niet de bedoeling om na te apen, maar er iets eigen van te maken. Een eerbetoon.
Guus kiest voor een verrassende set liedjes, waarbij ‘Onderweg’ van Abel wel de grootste is. Erg wennen is zeker ‘Bestel Mar’ van de Limburgse Band Rowwen Hèze dat voor dit album speciaal voor Guus door zanger Jack Poels in het Algemeen Nederlands werd vertaald. De Big Band geeft het nummer met z’n blazer een vrolijke (Brabants?) sfeertje mee. Door het ontbreken van het Limburgs mis ik toch een beetje het echte doorleefde kroegengevoel. In welk café wordt er daadwerkelijk Algemeen Beschaafd Nederlands gesproken? Ex-bandlid en mede oprichter van Rowwen Hèze Jan Philipsen noemde het in elk geval een hele eer.
Hollandse meesters biedt een boeiende verzameling oer Hollandse liedjes die iedereen kent. Hoewel het door Toon Hermans geschreven en gezongen ‘Lente Me’ toch bij een groot publiek minder bekend is. Guus mist helaas bij een flink aantal nummers, waaronder ‘Het Dorp’ en ‘Sammy’ de klankkleur die het nummer nodig heeft. Bij ‘Nergens Goed Voor’ van de Dijk blijkt maar weer eens hoe vol en heerlijk het stugge zanggeluid van van der Lubbe is. Het gekozen repertoire kent een grote verscheidenheid en dankzij de inbreng van de meesterlijke muzikanten behouden de nummers voldoende sfeer en zeggingskracht. Al met al een luisterbezoek waardig.
PS Kleine merkwaardigheid van een puur Nederlands album op de achterzijde: Made in Germany. (8/10)(Universal Music)