Het nieuwe TivoliVredenburg in Utrecht zit nog niet koud in de openingsfase of de grote acts stormen met drommen voorbij. Eerder stonden bluesrocker Ben Harper, jazzgitarist Pat Metheny en soulheld Gregory Porter al in het complex. Deze week was het de beurt aan de flamboyante funkcoryfee Bootsy Collins. Het perfecte feestnummer, want de Amerikaan maakte er een dynamische fuif van vol saamhorigheid.
William ‘Bootsy’ Collins’ (Cincinnati, 1951) is een van de grote funkpioniers. Begin jaren ’70 wordt hij met zijn groep The Pacemakers opgemerkt door niemand minder dan James Brown. The Godfather of Soul huurt het gezelschap in als zijn nieuwe begeleidingsband. Het avontuur duurt nog geen jaar, maar de samenwerking levert wel een aantal van Brown’s grootste klassiekers op zoals ‘Get Up (I Feel Like Being A) Sex Machine’, ‘Soul Power’ en ‘Talkin’ Loud And Saying Nothing’.
Agglomeraat
In 1972 sluiten Collins en kornuiten zich aan bij funkgoeroe George Clinton. Die experimenteert dan met vroege incarnaties van het agglomeraat Parliament-Funkadelic. Vlijmscherpe vunzig klinkende gitaar- en baslijnen, vette accentuerende blazerspartijen, psychedelica- en kosmosinvloeden, extravagante kledij en shows vormen het ontstaan en ontwikkeling van de P-funk waarin Bootsy van grote invloed is. Vanaf 1975 borduurt hij solo voort op het concept met Bootsy’s Rubber Band en boekt grote successen.
Mothership
Weliswaar tegenwoordig met minder podiumdecoratie weet de goed gevulde Ronda-zaal precies hoe laat het is als Collins’ begeleidingsband Funk Unity het podium opwandelt: the mothership has landed. Gekleed in witte NASA-pakken neemt het dozijn muzikanten plaats achter hun instrumenten om direct een niet te ontwijken groove in te zetten. Na vijf minuten komt de beroemdheid zelf ten tonele in blauw glitterkostuum met bijpassende glitterhoed, glitterzonnebril en zijn karakteristieke stervormige ‘space bass’. “What’s the name of this town?”, schalt de constant goedlachse muzikant.
“Joewtrekt!”
P-funk klassiekers als ‘Psychoticbumpschool’, ‘Give Up The Funk’ (We Want To Funk), ‘Flashlight’, ‘Make My Funk The P-Funk’ en ‘Hollywood Squares’ vliegen je al in een vroeg stadium om de oren. Een hoogtepunt is de tot een 20 minuten uitgesponnen ‘I’d Rather Be With You’ waarin Bootsy een heerlijk humoristische tongue in cheek interactie met het publiek aangaat en een metaforische vrijpartij via een ranzige bassolo naar binnen penetreert. Tijdens een van de verkleedpartijen van de baas eert de band de onlangs overleden Bobby Womack met een opzwepend ‘Don’t Take My Funk’. Een nummer dat de soullegende met Collins opnam voor diens laatste album ‘Tha Funk Capital Of The World’.
Aanslag
Geluidstechnisch valt er wel een punt van kritiek te maken. De toch al dikke basvorming (wat ook geoorloofd is bij een stevig partijtje funk) overschrijdt tijdens het concert van Bootsy op veel momenten toch echt de grenzen. Zowel vooraan het podium en met name bovenin wordt een aanslag gepleegd op de trommelvliezen. Slechts aan de zijkanten van de hoekige zaal komt het geluid nog het beste tot zijn recht, maar lijken de metalen panelen zo van de grond los te komen.
Oranje
Als Collins in het laatste gedeelte van zijn show de bombastische classic ‘Stretchin’ Out’ (In A Rubber Band) – inclusief lichtgevende basgitaar – inzet en vervolgens onder zijn Casper-pak een oranje voetbalshirt demonstreert, kan hij niet meer stuk. Als de 63-jarige Amerikaan dan ook nog besluit een rondje te maken door het publiek zijn de knuffels en selfies met Bootsy niet meer te overzien en is het saamhorigheidgevoel compleet. Een verbroederende funkexplosie van klassiek niveau!
Foto’s (c) Tom Moerenhout/Maxazine