Iedere week komen er tientallen nieuwe albums binnen op de redactie van Maxazine. Veel te veel om ze allemaal te beluisteren, laat staan te recenseren. Iedere dag één recensie zorgt ervoor dat er te veel albums blijven liggen. En dat is zonde. Daarom plaatsen we vandaag een overzicht van albums die op de redactie binnenkomen in korte recensies.
Brain Damage x Emiko Ota x Mad Professor – Oide Oide
In de wereld van experimentele dub verschijnt een fascinerend samenwerkingsverband dat grenzen verlegt. Op ‘Oide Oide’ bundelen drie uitzonderlijke artiesten hun krachten: de Franse producer Brain Damage, de Japanse multidisciplinaire kunstenaar Emiko Ota en de Engelse dubmeester Mad Professor. Deze ‘post-dub’ samenwerking dompelt ons onder in Japanse folklore, met verhalen over yōkai (bovennatuurlijke wezens) die tot leven komen door Ota’s betoverende Japanse vocalen. Het album bevat tien tracks – vijf originelen gecomponeerd door Brain Damage met Ota’s vocalen, gevolgd door vijf dubversies onder leiding van Mad Professor. Brain Damage breekt bewust met de Jamaicaanse traditie van dub, waardoor een verfrissend geluid ontstaat dat genres als experimentele elektronica, post-punk en noise-pop omvat. Nummers als ‘Katsura Otoko’ en ‘Baku’ zijn zorgvuldig opgebouwd met traditionele instrumenten, speelgoed en synthesizers, wat resulteert in een kleurrijk klanklandschap. Mad Professor’s bijdrage is minimalistisch maar toch hoor je duidelijk zijninvloeden.Vooral in ‘Baku Dub’ en ‘Isogashi Dub’ zijn zijn kenmerkende diepe basklanken prominent aanwezig. ‘Oide Oide’ is een uniek album dat luisteraars meeneemt op een zintuiglijke reis waar Japanse mythologie en innovatieve soundscapes samenkomen. Het concept ‘post-dub’ wordt hier volledig waargemaakt, met een resultaat dat zowel verrassend als meeslepend is. Een essentiële must-listen voor liefhebbers van experimentele muziek, maar voor het gros toch net ietsjes te experimenteel wellicht. (Anton Dupont) (6/10) (Jarring Effects)
Russ Ballard – Songs From The Warehouse / The Hits Rewired
Russ Ballard, voormalig frontman van Argent, presenteert met ‘Songs From The Warehouse / The Hits Rewired’ een dubbelalbum waarop hij zijn eigen hits opnieuw interpreteert. De term ‘hits’ mag hier met een flinke korrel zout genomen worden, want wie kent Ballard tegenwoordig nog? Vrijwel niemand. Dat neemt echter niet weg dat deze verzameling een mooie showcase blijft van goed geschreven pop/rocknummers die ook nu nog overeind blijven. Natuurlijk gaan we meteen naar ‘Since You’ve Been Gone’, dat hier vrijwel origineel opnieuw opgenomen staat. Leuk, maar niet meer dan dat. Hot Chocolate’s ‘So You Win Again’ blijkt ook in Ballard’s eigen versie een uiterst aanstekelijke poptrack te zijn. Voor oude fans van Ballard, mochten die er nog zijn, is dit dubbelalbum geweldig materiaal. Niet uit te sluiten is dat de man gaat touren met dit repertoire. Dat zou best interessant kunnen zijn. De collectie is geen wereldschokkende release maar biedt een prettige dosis vakmanschap en nostalgische flair. Het laat zien dat Ballard’s composities de tand des tijds behoorlijk goed hebben doorstaan, zelfs als zijn naam dat niet heeft gedaan. (Jan Vranken) (7/10) (Frontiers Records)
Machine Head – Unatøned
Machine Head is een gevestigde naam in mijn geliefde genre. Al ruim 30 jaar brengt Machine Head albums uit met wisselende kwaliteit en succes. Na een goede start met het legendarische debuut ‘Burn My Eyes’ dat muzikaal het perfecte kindje was van groove-en thrashmetal begint Machine Head te experimenteren en mee te varen op de populariteit van ‘nu-metal’. Gelukkig pikt Robb Flynn met zijn band de draad weer op met de albums ‘The Blackening’ en ‘Unto The Locust’. Lange nummers met een basis van klassieke heavy metal en thrash met complexe songstructuren en gitaarriffs ondersteund door voornamelijk snel (voor het eerst krijgen we blast beats te horen) en inventief drumwerk. Na deze albums ben ik Machine Head nog wel blijven volgen maar werd het voor mij steeds moeilijker om ‘fan’ te blijven. ‘Unatøned’ is inmiddels het elfde album van Flynn en consorten. Ook deze keer wordt ik enigszins teleurgesteld. Wat als eerste opvalt is de korte speelduur van zowel het gehele album als de nummers die er op staan. Verder maakt Robb Flynn weer veel gebruik van zijn cleane stem wat vooral op het slechtste nummer ‘Øutsider’ goed te horen is. Op ‘These Scars Wøn’t Define Us’ doen de vocalisten van In Flames, Unearth en Lacuna Coil mee. Met de3 bands gaat Machine Head dit jaar een uitgebreide Noord-Amerikaanse tour doen. ‘Unatøned’ heeft zeker zijn momenten en zit kwalitatief in het middensegment van wat ze tot nu toe heeft uitgebracht. Thrash fans kunnen dit album gerust laten liggen maar liefhebbers van Bring Me The Horizon en soortgelijke bands gaan hier veel plezier aan beleven. Nog één puntje, wat is er aan de hand met de tegenwoordige rage om de normale ‘o’ te vervangen door de ‘ø’ is dat heavier? Vind het nogal idioot. (Ad Keepers) (6/10) (Nuclear Blast/ Believe)
Kamaal Williams – Solo Piano (Live in Tokyo)
Kamaal Williams, bekend om zijn virtuoze combinatie van jazzy fusion en elektronische beats, gooit het roer volledig om met zijn intieme ‘Solo Piano (Live in Tokyo)’. Dit live-opgenomen album toont Williams in zijn meest pure vorm: ontdaan van alle opsmuk en productietrucs, slechts een man en zijn piano. De vijf composities – waarvan drie eigen werken – bieden een verrassend inzicht in Williams’ muzikale diepgang. Zijn herinterpretatie van Ryuichi Sakamoto’s elektronische stuk ‘Dream’ is een prachtig eerbetoon dat de compositorische rijkdom van het origineel naar nieuwe hoogten tilt. De samenwerking met Londense spoken word-kunstenaar ‘Sir’ Don Rattray op ‘Iron’ vormt een fascinerend contrast maar past wonderwel binnen het geheel, en bevestigt de opkomst van spoken word als nieuwe muzikale stroming uit Engeland. Met slechts 25 minuten speeltijd laat het album je hongerig achter naar meer van Williams’ pianospel. Zijn dynamische spel en gevoel voor melodie tonen een muzikant die zich blijft ontwikkelen. ‘Solo Piano’ is een indrukwekkende wending in zijn carrière die doet vermoeden dat we nog heel veel van deze veelzijdige artiest gaan horen. (Jan Vranken) (8/10) (Black Focus Records)
Web Web – Plexus Plexus
Jazz uit München. Althans, zo typeert Web Web zichzelf op Instagram. Maar als de eerste tonen van ‘Apotheosis’ klinken, dan slaat de twijfel toe. Het is de openingstrack van het nieuwe album ‘Plexus Plexus’. Op een enkele site wordt dit gezelschap uit Beieren onder de noemer krautrock geschaard, eind jaren zestig het Duitse antwoord op prog. Krautrock heeft zich door de jaren heen ontwikkeld tot een substantieel genre, waarin Web Web inderdaad prima past. ‘The Madness of Ajax’ doet bijvoorbeeld denken aan materiaal zoals ons eigen Solution of Focus dat uitbrachten in de zeventiger jaren: een funky track met een hoofdrol voor de dwarsfluit. Web Web laat de luisteraar in veertien korte tracks alle hoeken van de kamer zien en schuwt daarbij geen enkel experiment – alsof het allemaal spontaan is ontstaan, waarin ideeën ter plekke werden geboren, terstond uitgevoerd en opgenomen. En dat is ook zo. Want dit ‘Plexus Plexus’ is in de kern een samenvatting van twee opnamedagen van elk tien uur waarin de muziek niet werd gecomponeerd, maar de ruimte kreeg om te concipiëren, te ontkiemen en vervolgens uit te groeien naar korte, maar beslist volwaardige tracks. Het woord ‘improvisatie’ dekt de lading daarbij niet, daarvoor is het te doordacht. Zo trekt er een rijk palet aan instrumenten aan ons voorbij: Fender Rhodes, mellotron, Moog, saxofoon, fluit en de gitaar van speciale gast JJ Whitefield. Elk instrument voegt precies op het juiste moment iets toe aan een compositie. ‘Bird of Lament’, ‘Nyx’ of het ultiem experimentele ‘Garden of Hesperidus’ (naar de nimfen uit de Griekse mythologie) zijn goede voorbeelden. Volwaardige, maar ook complexe tracks, zorgvuldig georchestreerd, met heel veel lagen. Je hoort bij elke draaibeurt iets nieuws. Dit is geen album waarop je de afwas gaat doen. Nee, dit is een fijn gerecht waarvan je elke smaak apart moet beleven om van het totaal te kunnen genieten. Dat is niet voor iedereen weggelegd, maar een keertje proeven kan geen kwaad. (Jeroen Mulder) (7/10) (Compost Records)