Frank Boeijen keerde op zaterdagavond terug naar het Muziekgebouw Eindhoven, een plek waar hij inmiddels bijna jaarlijks optreedt in het voorjaar. Zijn band speelt als een hecht ensemble, zijn stem raakt nog altijd even diep, en de setlist bood een zorgvuldig gekozen balans tussen klassiekers en nieuw werk.
De avond begon met ‘Gouden bergen’ en ‘Het antwoord’, een van de oudste nummers van de avond. Meteen werd duidelijk hoe sterk Boeijen zijn oeuvre weet te verbinden met het heden. Het publiek luisterde aandachtig, terwijl hij daarna het nieuwste nummer ‘De Zee die hij nooit zag’ bracht, vol weemoed en poëtische beelden.
Na ‘De beloning’ nam Boeijen de tijd voor een persoonlijk verhaal. Hij sprak over zijn jeugd, over zijn ouders die uit Brabant kwamen en destijds in een Simca reden. Hij vertelde met warmte en humor over hun ritjes naar Eindhoven, waar ook zijn ome Koos woonde, een kleermaker. Het publiek luisterde geamuseerd. Vervolgens kwam hij terug op de tijdgeest, over “rare snorharen aan de macht”, maar ook dat alles uiteindelijk overgaat. Die gedachte vormde de aanzet tot ‘Als geen ander’, een verstild moment met alleen zang en toetsen.
Met ‘Die zelfbedachte hemel’, ‘Twee mannen zo stil’ (geschreven met Stef Bos) en het titelnummer van zijn nieuwste album ‘Een subliem gebaar van liefde’ vervolgde hij het eerste deel van het concert. In deze nummers lag de nadruk op reflectie en de liefde in al haar vormen, met ingetogen arrangementen waarin elk woord telde.
Na de pauze opende Boeijen met ‘Op zoek naar de verloren tijd’, waarna ‘Woord voor woord’ en ‘Verboden dichters’ volgden. Bij dat laatste nummer nam bassist Charles Nagtzaam een Violin Bass ter hand. Zijn instrumentkeuze blijft fascineren – eerder speelde hij al op een fretloze Jazz Bass, nu koos hij voor een rond en warm geluid dat perfect paste bij de sfeer van het nummer.
De klassiekers volgden elkaar in hoog tempo op: ‘Koud in mijn hart’, een indrukwekkend ingetogen ‘Zonder woorden’ (geschreven voor Liesbeth List), en een alternatieve, rustige versie van ‘Zwart wit’. ‘De verzoening’ bracht een ontroerende lading mee, en ‘Hoe het ook gaat’ sloot de reguliere set af.
Voor de toegift keerde Boeijen terug met ‘Paradijs’ en direct leek de zaal weer als twee jaar geleden, toen de zaal in no time werd omgebouwd tot een waar danspaleis, en Boeijen er een toegift tegeaan gooiede die Eindhoven terug bracht naar schoolfeesten van begin jaren ’80. Zo ver kwam het niet, maar na een minutenlange drumsolo door geweldenaar Mark Stoop werd het onmiskenbare ‘Kronenburg Park’ gebracht in een uitgesponnen versie met een hoofdrol voor Nagtxaam die dkkr Boeijen naar voren wrrd geschoven voor een heerlijke basssolo. De hit werd door de gehele zaal meegezongen, waarna de band een diepe buiging maakte. Het concert eindigde, maar niet voordat er nog één nummer werd gebracht, het gevoelige ‘Zo mooi voor mij’, een passend slotakkoord na een avond vol nuance, sfeer en vakmanschap.