‘Let Love Wait’ is het nieuwe album van The Simpletons, een EP die zeker in de smaak zal vallen bij liefhebbers van stevige indierock. De release staat gepland voor 24 april 2025. Zes nummers ademen een heerlijk nostalgische sfeer die doet denken aan R.E.M. en de B-52’s in hun hoogtijdagen, maar met een eigentijdse twist die de band een eigen identiteit geeft.
De eerste noten van het titelnummer ‘Let Love Wait’ laten meteen de invloed van rinkelende gitaren en de melodische benadering voelen die zo kenmerkend was voor R.E.M.’s beste momenten tijdens hun IRS-periode. De gecombineerde zang van Kari Campbell en Brian McMurtry roept de unieke chemie op van Kate Pierson en Fred Schneider, maar zonder het campy karakter dat de B-52’s soms kenmerkte. Een uniek kenmerk van de band is dat ze drie leadzangers hebben, wat zorgt voor veelzijdigheid binnen hun genre en ruimte biedt voor prachtige harmonieën. Kari’s zangstijl heeft soulachtige tinten, Nathans stem klinkt als een doorleefde rasp, terwijl Brian contrasteert met een soepele, karamelachtige tenorstem. Het is een unieke mix van stemmen waarmee de band hun muzikale palet op interessante wijze kan schilderen.
Na hun single ‘Cold in the Daylight’ uit 2024 laten The Simpletons zien dat ze een aanzienlijke stap voorwaarts hebben gezet. De productie is strak en helder, met voldoende ruimte voor de instrumenten om te ademen. Brian McMurtrys gitaarpartijen zijn doordrenkt met een mix van janglepop en postpunk-elementen die perfect aansluiten bij de ritmische basis van Scott McTaggart.
‘God Knows’ is wellicht het hoogtepunt van de EP, met een refrein dat blijft hangen en een opbouw die doet denken aan R.E.M.’s ‘Document’-periode. Brian McMurtry zingt de coupletten, terwijl Nathan Fynn de leiding neemt in de refreinen. Nathans stem draagt hier een emotionele urgentie die doet denken aan Michael Stipe, zij het minder cryptisch en directer. Het is geen toeval dat de band is begeleid door Marty Willson-Piper, bekend van The Church. Zijn invloed is vooral merkbaar in de psychedelische ondertonen van ‘Let Me Die With a Smile on My Face’, waar de gitaren zweven en draaien in een klanklandschap dat doet denken aan ‘Starfish’.
De toevoeging van Kari Campbell aan de bezetting heeft het geluid van The Simpletons aanzienlijk verrijkt. Haar toetsen voegen diepte toe aan de arrangementen, vooral in het melancholische ‘What I Said’, terwijl haar zang een prachtig contrast vormt met de stem van Brian McMurtry, met wie ze af en toe de leadpartijen afwisselt.
De solide ritmesectie in ‘Fade’ heeft dat typische dansbare element dat de B-52’s kenmerkte, maar met een donkerdere ondertoon die doet denken aan vroege R.E.M.-nummers zoals ‘Carnival of Sorts’. Het afsluitende nummer ‘Hold Fast’ is een passend slotstuk dat alle sterke punten van de band samenbrengt in een optimistische afsluiting.
Hoewel de EP duidelijk schatplichtig is aan invloeden uit de jaren 80, slaagt de band erin om niet slechts een nostalgische oefening te worden. Er is voldoende eigentijdse energie en frisse ideeën om ‘Let Love Wait‘ relevant te maken voor 2025. Voor fans van zowel klassieke college rock als hedendaagse indie is dit een must om te beluisteren. Met deze EP bewijzen The Simpletons dat ze sterker zijn teruggekeerd na hun periode van inactiviteit en klaar zijn om hun plaats op te eisen in het huidige muzieklandschap. Deze zes nummers laten ons verlangen naar meer en hopen dat we niet lang hoeven te wachten op een volledig album. (8/10) (Eigen productie)