Hij heeft het succes van het album ‘White Ladder’ uit 1998, het album dat zijn grote doorbraak betekende, daarna nooit meer kunnen evenaren. Toch zijn de laatste paar albums van de Britse singer-songwriter David Gray stuk voor stuk prima albums. Zo ook zijn meest recente album ‘Dear Life’ dat hij afgelopen januari uitbracht. Waarop de sfeer van het album bijna dromerig en zich laat meten met bijvoorbeeld Bon Iver of The National. Het succes van dat ene album mag dan inmiddels alweer 25 jaar achter hem liggen (want het album werd pas echt twee jaar nadat het uitkwam echt een succes in het jaar 2000), maar nog altijd weet hij hier in Nederland moeiteloos twee avonden in het Koninklijke Theater Carré in Amsterdam uit te verkopen. Waarvan deze avond de eerste was.
Voorafgaand verzorgde de jonge soulzangeres Talia Rae het voorprogramma. Ze heeft meegezongen op Gray’s nieuwste album, en ze vertelde even tussendoor hoe dat tot stand was gekomen. Namelijk dat ze bij toeval na een optreden de manager van David Gray sprak, en ze de volgende ochtend al werd gebeld met de vraag of ze een duet met hem wilde opnemen. Met haar Amy Winehouse achtige stem wist ze Carré al in te pakken met naast haar eigen nummers onder andere een cover van Radiohead’s ‘No Surprises’. Ze zou later nog terug komen
David Gray leek bij aanvang goed gemutst te zijn. Hij was deze avond vrij losjes. Een man van veel woorden tussendoor is hij nooit geweest. Een enkel moment kwam er een verhaal tussendoor, zoals over het ontstaan van zijn meest recente album. Dat deels tot stand kwam tijdens de pandemie.
Hij mag inmiddels 56 jaar zijn, maar op zijn stem zit nog altijd geen sleet. Zo ook niet deze avond. Een klassieker als ‘The One I Love’ werd bijvoorbeeld net zo perfect gespeeld als 20 jaar geleden. Zijn vijfkoppige band bleek dan ook goed op elkaar te zijn ingespeeld. Onderling spatte de losheid er ook vanaf.
Want helemaal tot in perfectie was het niet. Tot zijn eigen hilariteit. Zo opende hij per ongeluk ‘This Year’s Love’ achter zijn keyboard in de verkeerde toonsoort, en moest hij het over doen. Zelfs bij het tweede couplet van de gedroomde toegift (en afsluiter van de avond) ‘Sail Away’ ging hij de mist in doordat hij zich vergiste in de tekst. Hij kan er zelf wel om lachen.
Zijn huidige tour heeft als titel ‘Past & Present’, en dat benadrukte de setlist ook wel. Natuurlijk speelde hij nummers van zijn nieuwste album. Waarvan hij ‘Plus & Minus’ samen met Talia Rae zong. Grappig genoeg combineerde hij een recent nummer als ‘Singing For The Pharaoh’ met een cover van ‘Just Can’t Get Enough’ van Depeche Mode. De synthesizerklanken van het ene nummer gingen geruisloos over in de doorbraak hit van Depeche Mode.
Natuurlijk kregen de nummers van ‘White Ladder’ de meeste bijval. Daar maakte hij het dan ook zelf wel naar door van dat succesalbum meer te spelen dan zelfs van zijn nieuwste album. Al zal dat ook wel voornamelijk te reden zijn waarom hij twee keer Carré wist uit te verkopen. En wat maakt het uit wanneer een hit als ‘Babylon’ nog altijd met veel enthousiasme wordt gespeeld? Bijgestaan door sfeervolle belichting op de decorstukken (of eigenlijk aluminium doeken) achter de band. David Gray leek er zelf ook niet mee te zitten dat voornamelijk zijn oude werk werd omarmd. Hij moedigde het zelfs alleen maar aan om enthousiast mee te klappen bij het outro van ”Please Forgive Me’, en riep het publiek bij ‘Sail Away’ op om massaal met armen in de lucht te zwaaien.
Hij mag dan geen man van veel woorden tussen de nummers door zijn, maar het plezier dat hij met zijn band heeft in zijn optreden straalde deze avond wel van hem af. Zelfs van de imperfecties die erin zaten leek hij te genieten. Ook het publiek maalde er niet om. Hoe je van een avond met imperfecties toch een perfect concert kunt maken. David Gray slaagde erin met vlag en wimpel.