In de historische zalen van het Koninklijk Circus, waar ooit circusdieren door de arena paradeerden en Jean Jaurès zijn laatste toespraak hield, verzamelden zich op 16 maart 2025 een bont gezelschap muziekliefhebbers. De gelijkzijdige twintighoek van architect Wilhelm Kuhnen was tot de nok gevuld met een publiek dat van heinde en verre was gekomen om getuige te zijn van het Avishai Cohen Trio’s presentatie van hun nieuwste album ‘Brightlight’. De spanning was voelbaar terwijl het geroezemoes langzaam verstomde en de lichten dimden. Sommigen waren Cohen-aficionados die elke noot van zijn oeuvre kenden; anderen maakten voor het eerst kennis met de Israëlische basvirtuoos. Allen waren verenigd in afwachting van wat zou komen.
Wat direct opviel bij het betreden van het podium was niet alleen de imposante aanwezigheid van Cohen en zijn contrabas in het centrum, maar ook het frisse gezicht achter de vleugel. Na bijna drie jaar van muzikale broederschap met de veel geroemde Guy Moskovich verwelkomde Cohen nu de nog pas twintigjarige Itay Simhovich als nieuwe pianist. Een gewaagde zet, maar Cohen heeft een feilloos instinct voor talent. “Deze jongeman wordt morgen eenentwintig”, kondigde Cohen aan na het derde nummer, terwijl het publiek spontaan hier en daar ‘Yoyeux Anniversaire’ begon te neuriën. “Maar wacht tot jullie horen wat hij kan.”, voegde hij er met een veelbetekenende glimlach aan toe. Wat volgde was een avond waarin de jonge pianist meer dan genoeg door zijn mentor in de gelegeheid werd gesrteld te shinen. Wat een timing, en frasering, heerlijk de groove in gang houdend samen met Kaspi. Net de backbeat pakken als niemand het verwacht. Hij is nog zeer jong en onervaren, maar de belofte is groot. Simhovich speelde alof hij nooit anders had gedaan, complimenten. Simhovich, hoewel nog aan het begin van zijn muzikale reis, toonde een verrassende rijpheid. Zijn aanraking van de toetsen had iets overpeinzends, bijna melancholisch, wat perfect aansloot bij de contemplatieve aard van de Scandinavische jazzesthetiek die Cohen op ‘Brightlight’ verkent.
Als Simhovich de ontdekking was, dan was Roni Kaspi de openbaring. De drieëntwintigjarige drumster, die al eerder met Cohen toerde, bewees opnieuw waarom ze wordt beschouwd als een van de meest vernieuwende slagwerkers van haar generatie. Halverwege de set kreeg ze alle ruimte in ‘Roni’s Swing’ – onmiskenbaar een eerbetoon aan haar talent. Wat volgde was een drumsolo die het begrip ‘ritmesectie’ ver oversteeg. Kaspi’s benadering van de drums is revolutionair; ze laat het instrument zingen met een lichtvoetige speelsheid die alleen kan ontstaan in een vrije geest. Haar vermogen om hedendaagse beats naadloos te verweven met traditionele jazzelementen tilde Cohen’s composities naar nieuwe hoogten. Het publiek, aanvankelijk zittend in eerbiedige stilte, kon zich niet langer bedwingen en brak uit in spontaan applaus midden in haar solo. Kaspi, met een bescheiden glimlach, dankte het publiek met een subtiele hoofdknik alvorens weer onder te duiken in de muzikale conversatie met haar bandleden.
Na de openingsnummers leek Cohen te ontdooien. Een glimlach verscheen op zijn gezicht, en wat aanvankelijk een showcase van technische virtuositeit was, transformeerde in een speelse dialoog tussen drie muzikanten die duidelijk plezier hadden in elkaars gezelschap. Cohen’s benadering van jazz is altijd al grensoverschrijdend geweest. Net zoals hij op zijn album ‘Iroko’ Latijns-Amerikaanse invloeden verkende, verweeft hij in ‘Brightlight’ de warmte van Tel Aviv met de kristalheldere esthetiek van de Göteborgse jazzscene. Het resultaat is een fascinerende synthese van mediterrane intensiteit en Scandinavische contemplatie. Deze culturele kruisbestuiving werd perfect geïllustreerd in Cohen’s interpretaties van zijn eigen werk. Hij liet zijn protege’s enorm veel vrijheid en leidde het concert in goede banen vanchter zijn geliefde contrabas, een insturment waarmee de man kan lezen en schrijven
Halverwege de avond kondigde Cohen, die spaarzaam was met woorden en liever liet spreken door zijn instrument, een wereldpremière aan. “Dit nummer heeft nog nooit iemand gehoord”, zei hij, terwijl hij zich tot Simhovich wendde. “Itay, dit is voor jou.” Wat volgde was een compositie die elementen van modale jazz combineerde met Midden-Oosterse melodieën – een perfect geschenk voor de jonge pianist die de volgende dag zijn eenentwintigste verjaardag zou vieren. Hij speelde alof hij het al jaren deed en vanachter haar drumkit glimlachte Roni Kaspi naar haar nieuwe collega. Zo moet moet muziek zijn.
Het geluid in het Koninklijk Circus was fenomenaal. De akoestiek van de zaal, die ooit dienst deed als permanent circusgebouw, bleek perfect voor de dynamiek van een modern jazztrio. Elke noot van Cohen’s contrabas, elke subtiele brushstroke van Kaspi, iedere melodische lijn van Simhovich zweefde kristalhelder door de ruimte. Na een staande ovatie keerde het trio terug voor de toegiften. Cohen maakte een verassende onthulling: “Ik heb zestien liederen van Leonard Cohen opnieuw gearrangeerd”, vertelde hij aan het muisstille publiek. “Vanavond speel ik er één voor jullie.” Er volgde een hartverscheurende versie van ‘I Pray for Courage’, die Cohen met zijn karakteristieke, emotiegeladen stem zong, terwijl zijn handen bijna achteloos over de snaren van zijn contrabas zweefden. De zaal viel stil, gevangen in een moment van collectieve contemplatie.
Voor het slotstuk keerde Cohen had het trio een verbluffende interpretatie van John Coltrane’s ‘Central Park West’ in petto. De ballade, oorspronkelijk opgenomen tijdens de sessies voor ‘My Favorite Things’, werd onder Cohen’s vingers een meditatie over schoonheid en vergankelijkheid. De laatste noten hingen nog in de lucht toen het publiek opnieuw opstond voor een minutenlang aanhoudend applaus. Cohen, Kaspi en Simhovich namen hun buigingen met zichtbare ontroering – een passend einde aan een avond waarop muziek grenzen overschreed en harten raakte.
Na Brussel reist het trio door naar Londen voor een reeks optredens in de legendarische Ronnie Scott’s jazzclub. Later in het festivalseizoen keert Cohen terug voor concerten in Eindhoven en Amsterdam, maar de magie van deze Brusselse avond – met een nieuwe pianist op de vooravond van zijn verjaardag, een fenomenale drumster op het toppunt van haar kunnen, en een bandleider die blijft evolueren – zal moeilijk te evenaren zijn.