Iedere week komen er tientallen nieuwe albums binnen op de redactie van Maxazine. Veel te veel om ze allemaal te beluisteren, laat staan te recenseren. Iedere dag één recensie zorgt ervoor dat er te veel albums blijven liggen. En dat is zonde. Daarom plaatsen we vandaag een overzicht van albums die op de redactie binnenkomen in korte recensies.
Ian Siegal meets Johnny Mastro – Easy Tiger
Twee zwaargewichten op bluesgebied deze twee mannen. Beiden van een geheel andere afkomst en van stijl. Ian Siegal is geboren in Fareham, een voorstad van Portsmouth in Zuid- Engeland en werkt al zo’n jaar of twintig met diverse bands en in verschillende samenstellingen. Johnny Mastro komt uit Geneva, New York en woont al jarenlang vanuit New Orleans. Vele jaren geleden tekenden beiden bij het Britse Nugene label, waar zij elkaar voor het eerst ontmoet hebben. Plannen om te gaan samenwerken kregen in januari van dit jaar vaste vorm toen beiden in de huiskamer van Mastro in New Orleans samen nummers gingen schrijven. De opnames vonden vervolgens plaats in de Bigtone Studios van Big Jon Atkinson. Ondersteuning kregen de heren van Smoke (gitaar), Chris Davis (drums) en Josh Kerin (drums). Van de dertien nummers zijn er elf geschreven door Siegal en Mastro, zowel samen als alleen of met een medeschrijver. De twee overgebleven nummers zijn ‘Baby You Can Get Your Gun’, bekend van Earl King, en ‘I Won’t Cry No More’ van Carlos Guitarlos Ayala. De combinatie van het rootsy geluid van Siegal en het stampende en opzwepende werk van Mastro werkt wonderwel. Degenen die Siegals werk kennen, kennen ook de variatie van uptempo rockers naar rustige ballads. Daar is bij Mastro praktisch geen sprake van. Die geeft bij het begin volgas en laat aan het eind de motor nog even naloeien. Met duidelijk veel plezier stapt Siegal in en neemt regelmatig het stuur over. Al vanaf het eerste nummer ‘Four On The Floor’ wordt het tempo bepaald en dat nummer vraagt bovendien het een en ander van Ians stem, tot aan de afsluiter ‘Oedipuss’, waar Ians stem en Johnny’s mondharmonica een perfecte combinatie vormen. Andere nummers, die volgens mij een bijzondere vermelding verdienen zijn ‘No Mercy’ met mooit slidegitaarspel van Ian, het swingende ‘Miss Your Cadillac’ en de al genoemde cover ‘I Won’t Cry No More’. Een meer dan uitstekend album van de heren. Eén die ongetwijfeld hoog op de eindejaarslijstjes zal eindigen. (Eric Campfens) (8/10) (Continental Records Services)
The Aurora Project – EVOS12
De Nederlandse prog rock/metal band The Aurora Project komt 21 februari met ’EVOS12’ . Dit is het eerste deel van een tweedelig conceptalbum. Na Dronewars raakten de mensen in de grote steden hun doelgerichtheid kwijt. De leiders van de nieuwe wereld maakten hier gebruik van, en vergrootte de kloof tussen hen en de bevolking. In een stad die ooit vrijheid en gelijkheid waardeerde, worstelde Nigel Light om te overleven in de ruïnes. Ver weg, op de maan Welda, deed een jonge genie een ontdekking die zijn wereld zou kunnen redden. ’EVOS12’ telt vijf nummers, waarvan één epic. Er zijn talloze onverwachte en/of bijzondere wendingen en details. Een aantal nummers bevat rusten. Zanger Dennis Binnekade is veelzijdig: zowel in zachte als power zang, hoor je emotie en/of gedrevenheid. De (gestapelde) achtergrondzang is zeer goed. Zowel vocaal als instrumentaal is alles goed gecomponeerd en uitgevoerd, dat geldt ook voor de intro’s en outro’s. Zware riffs, akoestische gitaarklanken, orgelspel, gaaf drumwerk, bijzondere geluiden. Er is zo veel om van te genieten! Te veel om op te noemen, daarom moet je eigelijk ‘EVOS12’ zelf gaan luisteren. (Esther Kessel-Tamerus) (9/10) (FREIA Music)
Alessandro Di Liberto – Punti Di Vista
Ook zo’n zinnen in vakantie? Denk dan eens aan Sardinië, het Italiaanse eiland dat niet alleen bekend staat om haar idyllische natuur, maar ook om een internationaal vermaard jazzfestival: Time in Jazz, dat al sinds 1988 wordt georganiseerd in Berchidda door lokale grootheid Paolo Fresu. En het eiland herbergt meer schatten als het om jazz gaat, zoals componist en pianist Alessandro Di Liberto, die overigens ook nog een tijd in ons land studeerde. Zijn ‘Punto Di Vista’ is een muzikale reisgids over het prachtige eiland in de Middellandse Zee. Die zee is letterlijk alom aanwezig en bron van inspiratie, te beginnen met de zeewind die wat verkoeling brengt in ‘Vento di Mare’ of de azuurblauwe spiegeling van het water in ‘Verde e Azzurro’. Het pianospel van Di Liberto in deze tracks is vooral gracieus, lichtvoetig bijna, geaccentueerd door het melodieuze saxofoonspel van Laura Marras. Opvallend is het gebruik van synthesizers in onder meer ‘Spiaggia di Riso’, soms overbodig en zelfs storend in meer klassieke, smooth jazz, maar hier werkt het uitstekend en verrijkt het zelfs. Sardinië heeft echter meer te bieden: grillige rotspartijen, wilde rivieren en daarnaast een bruisend cultureel leven in de steden en de dorpen van het eiland. Dat ervaren we in ‘Sulla Torre’ (“op de toren”) en ‘Riviera di Corallo’ waarin het tempo onder leiding van bassist Sebastiano Dessanayand en drummer Roberto Migoni omhoog gaat en met name Marras het podium mag pakken. ‘Punti Di Vista’ is een levendig album dat je doet verlangen naar de veelzijdigheid van dit eiland. We gaan boeken. Time in Jazz is van 8 tot 16 augustus en het zou ons verbazen als Alessandro Di Liberto niet een van de optredende artiesten is. (Jeroen Mulder) (7/10) (gleAM Records)
Decius – Vol.II (Splendour & Obedience)
In de donkere krochten van de moderne clubscene duikt Decius op als een geest uit het verleden, maar dan eentje die is opgepoetst met 21e-eeuwse technologie. Met ‘Decius Vol. II’ levert deze Britse supergroep – met onder andere Fat White Family’s enfant terrible Lias Saoudi – een album af dat de geest van Studio 54 door een digitale mangel haalt. Waar L’Impératrice’s ‘Pulsar’ vorig jaar nog flirtte met verfijnde nu-disco, gaat Decius voor de jugulair met een meedogenloze 4/4-beat die consequent op 120 BPM door je schedel dendert. De productie is kristalhelder, alsof iemand het stoffige ribfluweel van oude disco-platen heeft afgestoft en vervangen door een pak van chromium. Het album is een technisch hoogstandje, opgebouwd als een complexe legopuzzel van sequences, samples en beats. Door een hoogwaardige koptelefoon hoor je elk detail, elke elektronische zucht. Maar vergis je niet – dit is geen cerebraal experiment. Dit is muziek die rechtstreeks communiceert met je dansspieren, zonder tussenkomst van je frontale cortex. Perfect geschikt voor een zomerse barbecue of een nachtelijk feest, is ‘Decius Vol. II’ misschien geen artistieke revolutie, maar wel een aanstekelijke ode aan de tijdloze kracht van de dansvloer.(Jan Vranken)(7/10)(The Leaf Label)
Mac Miller – Balloonerism
Als een diep verborgen schat uit 2014 komt nu het album “Balloonerism” van Mac Miller aan de oppervlakte – een rapper die in 2018 op slechts 26-jarige leeftijd overleed aan een overdosis, precies toen zijn ster rijzende was. Miller, die begon als tiener in de underground scene van Pittsburgh, groeide uit van feest-rapper tot een serieuze artiest die jazz, soul en experimentele hiphop vermengde tot een eigen geluid. Deze 14 nummers werden opgenomen in dezelfde vruchtbare periode als zijn mixtape “Faces”, en ontvouwen zich als een testament van een artiest in volle ontwikkeling. De hoogtepunten stapelen zich op, met het hypnotiserende ‘DJ’s Chord Organ’ waarin Miller en SZA elkaar perfect aanvullen, en het weergaloze ‘5 Dollar Pony Rides’, een nummer dat zich als een nachtelijke jazzsessie door je speakers kronkelt. Hier hoor je hoe Miller, samen met Thundercat en de gebroeders Bruner, een muzikaal landschap schildert dat doet denken aan de beste momenten van The Roots’ ‘Things Fall Apart’. Het fascinerende is hoe actueel het album klinkt, alsof Miller een vooruitziende blik had op de muzikale ontwikkelingen van nu. Met de productionele wijsheid van zijn collaborators bouwt hij een psychedelisch klanklandschap dat moeiteloos aansluit bij de hedendaagse sound. Dit is geen stoffig archiefmateriaal, maar een levendig bewijs van het grenzeloze talent dat hem uiteindelijk een Grammy-nominatie voor zijn laatste album ‘Swimming’ zou opleveren. ‘Balloonerism, laat ons niet alleen treuren om het verlies van een bijzondere artiest, maar ook om al die toekomstige meesterwerken die we nu nooit zullen horen.(Elodie Renard)(8/10)(Warner Music)