Toen gisteravond de deuren van het FFT in KAP1 openden, begon niet alleen een concert, maar werd er een nieuw hoofdstuk geschreven in de rijke elektronische muziekgeschiedenis van de Rijnmetropool. Kreidler, die al drie decennia in de traditie van Kraftwerk, NEU! en La Düsseldorf staat, bewees overtuigend dat de “Düsseldorfse sound” meer is dan een historisch fenomeen.
De uitverkochte zaal – van kunstacademieprofessoren tot stamgasten van de Salon des Amateurs – weerspiegelde de diepe worteling van de band in de stedelijke cultuurscene. In de rijen werden verhalen uitgewisseld: over vroege optredens in de Ratinger Hof, over legendarische jamsessies met de onvergetelijke Klaus Dinger, over doordanste nachten in de Elephant Club van de jaren ’90. Het publiek, dat je normaal tussen K20 en Salon des Amateurs aantreft, transformeerde de zaal tot een pulserend organisme. Tussen de alomtegenwoordige smartphone-camera’s ontstond snel die bijzondere sfeer die alleen kan ontstaan wanneer het Rijnlandse elektronische erfgoed hedendaagse clubcultuur ontmoet.
Technische virtuositeit ontmoet analoge charme
De technische kant van de avond openbaarde een fascinerende hybride van vintage-apparatuur en moderne technologie. Thomas Klein bestookte zijn meer dan dertig jaar oude drumkit met een intensiteit die niet alleen de harten van het publiek, maar ook zijn drumstel in beweging bracht – de kit wandelde tijdens de performance subtiel maar gestaag over het podium, alsof deze zelf door de groove werd meegevoerd.
Alex Paulick revolutioneerde de klassieke bassound door een opmerkelijk moderne aanpak: in plaats van een traditionele versterker gebruikte hij een digitale soundmodule die via zijn MacBook verschillende versterker-simulaties aanstuurde. Het signaal ging clean en precies als een altbiertap direct de PA in – een indrukwekkend voorbeeld van hoe traditie en innovatie elkaar de hand kunnen reiken.
Andreas Reihse, het elektronische meesterbrein van de band, jongleerde virtuoos tussen zijn MacBook, die textures en samples bijdroeg, en een klassieke masterkeyboard. Terwijl de complexe klanklandschappen van het nieuwe album ‘Twists’ live natuurlijk niet in hun volle weelderigheid konden worden gereproduceerd, ontwikkelde de performance een eigen, ruwere dynamiek. De organische groove ging direct in de botten zitten, terwijl de elektronische texturen de geest voedden – Kreidler in hun puurste vorm.
De performance
De set ontwikkelde zich organisch, met een karakteristieke Kreidler-groove, die onnavolgbare mix van precisie en spontaniteit die het publiek direct in haar ban trok. Met ‘Radio Island’ van het 2017-album ‘European Song’ toonde de band haar tijdloze kwaliteit, terwijl ‘Jaguar’ van het album ‘Tank’ met zijn hypnotiserende intro en Kleins ingewikkeld tellende drums zelfs de notoir kritische stamgasten van de Kunsthalle aan het nikken kreeg. ‘Mount Mason’ – knipogend vernoemd naar de Manchester United-speler – presenteerde zich als een van de hoogtepunten van het nieuwe album. Zelfs de klassieker ‘Au Pair’ uit 1998 met zijn karakteristiek scheve beat kreeg het publiek aan het dansen, alsof er geen tijd verstreken was.
Als absoluut hoogtepunt van de avond ontpopte zich ‘Hopscotch’ van het nieuwe album – een track die met zijn drijvende ritmiek en hypnotische melodievoering het publiek definitief aan het dansen kreeg. De rauwe energie van de live versie overtrof zelfs de albumversie, terwijl Thomas Kleins precieze drums en Paulick’s pulserende bas een onweerstaanbare zwaartekracht ontwikkelden.
Triomfantelijke afsluiting
Het Düsseldorfse publiek, bekend om zijn terughoudende aard – men is immers niet in Keulen – toonde zich van zijn meest enthousiaste kant. Na de reguliere set eiste het publiek met daverend applaus en ritmisch klappen meer toegiften. De anders zo cool ogende elektronicaveteranen toonden zich zichtbaar ontroerd door deze thuisstad-resonantie. Maar liefst driemaal keerde het trio terug op het podium – een voor Kreidler ongewoon moment van extraversie. Thomas Klein, Alex Paulick en Andreas Reihse, die elkaar tussen de toegiften bijna verlegen aankeken, alsof ze de aanhoudende bijval nauwelijks konden bevatten, beloonden hun trouwe fans met meer hoogtepunten uit hun omvangrijke catalogus.
Bijzonder ontroerend was het moment waarop de Düsseldorfse Andreas Reihse tussen twee nummers een korte anekdote deelde over de eerste Kreidler-repetities in een vochtige kelder aan de Ackerstraße. Deze nuchtere verbondenheid met de Rijnmetropool, gepaard met hun internationale oriëntatie – van samenwerkingen met Chicks on Speed tot remixes voor Depeche Mode – maakt Kreidler tot perfecte ambassadeurs van de Rijnlandse elektronische traditie.
Terwijl de lichten van de Königsallee flikkeren en de laatste metro’s door de stad raasden, galmde de hypnotische groove van Kreidler nog lang na in de hoofden van de concertbezoekers. Dit was meer dan alleen een concert – het was de triomfantelijke terugkeer van een band die de Düsseldorfse elektronische sound de toekomst in draagt. Kreidler is terug, en hoe. Een verder bewijs dat de elektronische muziekscene van de Rijnmetropool levend en relevant is als vanouds.