In het coronajaar 2020 was het vorige album van Eefje de Visser, ‘Bitterzoet’, een enorm geprezen hit. Meerdere muziekmedia bekroonden het tot album van het jaar. Na de pandemie volgde er een succesvolle bijbehorende tournee. Vier jaar na ‘Bitterzoet’ en twee jaar na de tournee is er nu de opvolger met het nieuwe album ”Heimwee’. Hoe moet je zo’n succesvol album zien op te volgen? Door hetzelfde recept te herhalen, of een compleet andere richting af te slaan?
Het antwoord is dat Eefje met haar producer en echtgenoot Pieterjan Coppejans ervoor hebben gekozen om de muziek op dit album iets soberder te laten klinken. Waar de vorige albums ‘Nachtlicht’ en ‘Bitterzoet’ werden gedomineerd door synthesizers, daar is hier weer wat meer ruimte voor akoestische gitaar zoals op haar tweede album ‘Het Is’ uit 2013. Niet dat het een compleet akoestisch album á la de American Recordings van Johnny Cash of ‘Nebraska’ van Springsteen is geworden.
Integendeel, want bij opener ‘Hoe Doe Je Dat’ wordt gelijk dat de elektronica niet is verdwenen, maar het klinkt gelaagder en meer sober. De toegankelijkheid van haar vorige album is ook niet verdwenen, want ‘Vlammen’ en ‘Weekenden’ zijn net zo catchy en radiovriendelijk als ‘De Parade’ op haar vorige album. Het dromigere geluid is ook niet verdwenen, maar wordt subtieler gehouden in de meer akoestische nummers ‘Hoor Je Het Hart Kloppen’ en ‘Reizen’. Er zit vanaf de eerstgenoemde een mooie opbouw middenin het album van rustigere nummers richting iets meer bombastisch een aantal nummers verder in ‘Uit Het Oog’. Waarmee ze voorkomt dat het teveel van hetzelfde gaat worden.
Eigenlijk combineert Eefje de Visser op ‘Heimwee’ de beste elementen van haar vorige drie albums. Het levert een mooi dromerig album op, maar toegankelijker en minder bombastisch dan ‘Bitterzoet’. Het kan niet anders dat ‘Heimwee’ daarmee ook een succes zal worden. (8,0/10)(Sony Music)