Iedere week komen er tientallen nieuwe albums binnen op de redactie van Maxazine. Veel te veel om ze allemaal te beluisteren, laat staan te recenseren. Iedere dag één recensie zorgt ervoor dat er te veel albums blijven liggen. En dat is zonde. Daarom plaatsen we vandaag een overzicht van albums die op de redactie binnenkomen in korte recensies.
Charles Lloyd – The Sky will still be there Tomorrow
Charles Lloyd is een vrijdenker, een jazzmuzikant pur sang, die muziek ziet als een speeltuin, waarin alles mag en alles kan. Saxofonist van oorsprong maakt hij albums vanaf het midden van de jaren zestig . Nu meer dan een halve eeuw later is hij er opnieuw met zijn nieuwste album. Heerlijk lichte muziek, veelal geïmproviseerd, gestoeld op bop en bebop, klinken de late jaren zestig en begin jaren zeventig wel erg door in zijn improvisaties en composities. Door zijn ervaring en vakmanschap heel luisteren meer dan waard voor elke jazzliefhebber. (Jan Vranken) (7/10) (UMG Recordings)
Kid Kapichi – There goes the Neighborhood
Kid Kapichi is een post rock bandje dat in 2013 begon samen te spelen. ‘There Goes the Neighbourhood’ is alweer hun derde album en het staat vol met elf pakkende, simpele deuntjes die muzikaal niet zoveel voorstellen, maar toch wel symphatiek zijn. ‘Let’s get to Work’ is niet meer dan herhalend gitaarrifje, maar juist daardoor wordt het idee een echte oorwurm. ‘Can EU hear Me’ is niet alleen als titel leuk gevonden, maar het liedje is een vrolijk zooitje van in verschillende talen ‘ gezongen’ kreten, en dat valt dan allemaal over elkaar heen. Muziek waar je best voor vijf euro naar gaat kijken. (Jan Vranken) (6/10) (Spinefarm Music Group)
John Smith – The Living Kind
Smith is een Liverpool afkomstige liedjessmid in het folk singer-songwriter genre. En dan een van de oude stempel. In dit genre is er een enorm aanbod, maar na zijn album goed beluisterd te hebben kan je niet tot een andere conclusie komen dan dat Smith tot de betere behoord. ‘Candle’ is een erg mooi nummer. Zijn wat hese zang kleurt mooi op de wat eenvoudige gitaarbegeleiding, maar als extra zet Smith een mooie saxofoon in en daarbij is de productie ook erg netjes. Gewoon vakwerk. ‘The Living Kind’ is dan weer het soort liedje waarbij je lekker mee gaat zingen in de pub, terwijl je nog een pot stout besteld. Een goed album, vooral liefhebbers zullen er blij mee kunnen zijn. (Anton Dupont) (7/10) (Commoner Records)
Big Big Train – The Likes Of Us
Op dit album is nieuwe zanger Alberto Bravin (ex-PFM) voor het eerst te horen. Deze jonge Italiaan vervangt David Longdon die ruim twee jaar geleden omkwam bij een ongelukkige val. Bravin heeft een fijne stem die wat rauwer is dan die van Longdon. De (prog)rocknummers krijgen hierdoor wat meer ballen en de rustigere passages komen hierdoor ook beter uit de verf. De productie past perfect bij de muziek. Helder, bijna breekbaar waardoor de veelvuldig aanwezige rustige momenten en de stevigere passages maximaal tot hun recht komen. Big Big Train beweert zelf een rockband te zijn maar dan wel een rockband die een behoorlijke dosis klassieke prog in hun muziek verwerkt. De teksten zijn wat persoonlijker geworden ten opzichte van hun eerdere albums en behandelen thema’s als zelfreflectie. Beste nummer is het ruim 15 minuten durende ‘Beneath The Masts’ waarin alle muzikale registers worden opengetrokken. Big Big Train heeft met ‘The Likes Of Us’ een album gemaakt dat zowel de oude fans als ook mensen die voor het eerst kennis maken met deze band aan zal spreken. (Ad Keepers) (8/10) (Inside Out Music)
Armagh – Exclamation Po!nt
Armagh is een Poolse blackmetal band, die al vanaf 2012 actief is. Hun vaste thema’s zijn: de dood, satan, oorlog en het kwaad. Orgineel, niet? Of ze een goede band zijn wordt wat lastig te beoordelen omdat de productie van dit album echt beneden de maat is. Je moet de stagiair niet alleen achter de knoppen laten zitten! Hoe iemand dit ooit heeft kunnen accorderen voor release is mij een raadsel. Enfin, het is er nu en daar moeten we het meedoen. Fantasieloos, rechtdoormeppend beuken onze Poolse vrienden zich door acht titels heen. Voor inzet krijgen ze wel een tien, maar het leidt nergens tot iets wat ook maar op enige manier je muziekspier doet samentrekken. Volgende keer beter. (Jan Vranken) (4/10) (Dying Victims Productions)