Om haar laatste album ‘Child of Sin’ te promoten, is zangeres Kovacs op dit moment bezig met een clubtour door Nederland. Daarna zal ze Europa en verder, tot in het Midden-Oosten, trekken om een serie optredens te verzorgen. Donderdag 23 november was de grote zaal van poppodium Effenaar in Eindhoven de plaats van handeling. De zaal was uitverkocht en het optreden van Kovacs werd voorafgegaan door een voorprogramma, dat verzorgd werd door Morpheus.
Morpheus, uit Amsterdam, maakt cinematografisch brede popmuziek, geïnspireerd door het Franse chanson. Martijn Verhagen, de echte naam van Morpheus, laat zich inspireren door onder anderen Charles Aznavour, Jacques Brel, Joep Beving en Agnes Obel. In de grote zaal wist hij moeiteloos, slechts begeleid door een piano, de aandacht van het publiek te vangen en vast te houden. Morpheus bracht nummers van zijn debuut EP ‘Morphosis’. Zijn zangstem is sterk, dwingend en soms hypnotiserend mooi. Nummers als ‘Burning in Paris’, ‘Gold’, en de in oktober uitgebrachte single ‘ the Sunrise’ werden erg sterk en authentiek gebracht. Houd je van artiesten als Thomas Azier, dan is Morpheus je ding. Hou deze artiest in de gaten. Een aanwinst voor de Nederlandse popmuziek.
Na een kort changement was het tijd voor Kovacs. Wie Kovacs al eens live heeft gezien weet dat zij tot grootste prestaties in staat is, die zonder meer op wereldniveau kunnen meedoen. Haar oeuvre wordt steeds groter, en is kwalitatief continu on-Nederlands goed. Haar laatste album is daar geen uitzondering op. Het was dan ook te verwachten dat de Effenaar uitverkocht zou zijn voor dit optreden.
De band zette als eerste nummer ‘Bang Bang’ in, dat live veel puntiger en rockender werd gebracht dan dat het op het album staat. Natuurlijk is het onmogelijk om in een bandsetting de grootse arrangementen van het album te reproduceren. Songs van Kovacs zijn zo goed dat ze ook in deze bewerking echter ijzersterk overeind blijven. De eigenzinnige en excentrieke zangeres betrad het podium alsof ze de bruid van Graaf Orlok uit Nosferatu was. De set werd sterk vervolgd met ‘Cheap Smell’ en ‘Wolf in Cheap Clothes’, waarbij duidelijk werd dat Kovacs haar stem her en der een beetje piepte.
Kovacs vertelde het publiek dat ze al drie dagen vrijwel niet geslapen had en dat ze daardoor een hese stem had. Ze snelde de coulissen in om een flesje met een rietje te halen. Om haar stem wat op te krikken ging ze staan bubbelen. De Lavox-methode wordt door veel zangers gebruikt om de overbelaste stem te ontlasten, maar je ziet hem zelden op het podium tijdens een concert. Je bent dan al eigenlijk te laat. Het hielp dan ook niet veel, maar haar stem was zeker niet slecht. Enkel de hoogste tonen werden wat vaker creatief opgevangen door een lager register te kiezen. Kovacs bleef zich excuseren voor haar stem. “Ben ik al gestopt met drank & drugs, heb ik nog steeds stemproblemen.” ‘Black Spider’ deed de klachten snel vergeten. Swingend, groovend en grommend stelde Kovacs muzikaal orde op zaken, en bracht ze de zaal aan het swingen.
De setlist was afwijkend van eerdere optredens deze tour. Zal waarschijnlijk aan de stemproblemen gelegen hebben, maar met nummers als ‘Goldmine’, ‘Fool Like You’ en ‘Fragile’ heb je als verwend publiek niet te klagen. Toen besloot Kovacs even weg te stappen van de muziek en begon ze over de verkiezingen. Ze vroeg of er veel mensen in de zaal waren die op Wilders gestemd hadden. Het bleef stil in de zaal. Toch is het, gezien de resultaten van de verkiezingen, aannemelijk dat de helft van de zaal dat wel gedaan had. Ze kwam met een wat warrig verhaal over dat Wilders uit een dorp naast het hare komt, maar toen schoot ze uit haar slof en vergeleek ze Wilders met Adolf Hitler. Halverwege slikte ze haar zin half in. “Ik wil niet zeggen dat hij Hitler is, maar dit is maar een voorbeeld.”
Uiteraard mag Sharon Kovacs een mening hebben, echter om Wilders voor een uitverkochte Effenaar te vergelijken met Adolf Hitler gaat werkelijk helemaal niemand helpen. Ze draagt zo bij aan de verdere polarisatie van het discours, en het is met opmerkingen als deze dat Wilders nooit van zijn beveiliging af zal komen. Prima als artiesten hun maatschappelijke betrokkenheid laten zien in hun werk, maar Kovacs deed hier precies waar ze Wilders van beschuldigt.
Daarna kleedde Kovacs zichzelf half uit op het podium. De Nosferatu-bruidsjurk maakte plaats voor een bustier en een korte broek, en dan ging de korte broek ook nog uit. Het kwam de muziek ten goede. ‘Diggin’ en ‘Not Scared of Giants’ volgden in meesterlijke uitvoering. Op het podium, de kleine Kovacs, zonder theatraal kostuum, vrijwel uitgekleed. Is dit de echte, authentieke Kovacs? Kovacs die helemaal zichzelf is, of is dit een geplaagde zangeres die in een act overcompenseert voor haar onzekerheden?
Albert Einstein zei al: “Eén van de sterkste motieven die de mens naar kunst leidde, is de ontsnapping aan het alledaagse.” Kovacs muziek is zonder meer kunst, haar band speelde erg goed, Kovacs zelf was zichzelf niet, of juist wel in Eindhoven. Met deze onbeantwoorde vraag beëindigde de eigenzinnige kunstenares haar optreden met een mooie solo-uitvoering van het nummer ‘Child of Sin’. Kovacs zelf liet het publiek nog weten dat ze zich inmiddels een stuk beter voelde. Het was geen vanzelfsprekendheid in Eindhoven.