Als kind kreeg Fritz Lang tijdens een koortsaanval een visioen van de dood. In zijn boek ‘Fritz Lang: The Nature of the Beast’ tekent schrijver Patrick McGilligan het volgende op: “He recalled envisioning the approach of ’the dark stranger’ in a wide-brimmed hat, illumined by the moonlight streaming in through a half-open window. ‘I slept and dreamed—or was I awake?’ He glimpsed ’the tear-stained face of my adored mother,’ as she slipped from view. He raised himself up weakly, to be led away by Death. Helping hands grabbed him, pushed him down, saved him. The horror of the dream-experience combined with ‘a kind of mystical ecstasy which gave me, boy though I still was, the complete understanding of the ecstasy which made martyrs and saints embrace death.’ ”
Lang herstelde van de koortsaanval maar het beeld van de dood bleef voor altijd bij hem. Het was de dood van zijn moeder die Lang inspireerde tot het maken van ‘Der Mude Tod’ ls ook het Indiase volksverhaal over Sati Savitri. Thea van Harbou die een jaar later Lang’s vrouw zou worden schreef samen met hem het scenario en als hoofdrolspeelster koos Lang Lil Dagover met wie hij al eerder had samengewerkt in ‘Harikiri’ (1919) en de tweedelige filmreeks Die Spinnen waar deel 1 in 1919 en deel 2 in 1920 uitkwam. Dagover had daarbij ook furore gemaakt met haar aanwezigheid in de eerste Duits Expressionistische film ‘Das Cabinet des Dr. Caligari’ (1920) van Robert Wiene. Met ‘Der Mude Tod’ weekte Lang zich langzaam maar zeker los van zijn meer commerciële film en koos duidelijker voor het Expressionisme.
‘Der Mude Tod’ is verdeeld in 6 aktes. Een jong koppel dat overduidelijk verliefd is op weg naar een klein stadje als de koets die hen vervoerd opeens een nieuwe reiziger meeneemt. Zowel het meisje (Lil Dagover) als de jongeman (Walter Jansen) voelen zich niet op hun gemak bij deze nieuwe metgezel en daar is ook alle reden voor want de reiziger blijkt de Dood (Bernhard Goetzke) te zijn. In het stadje verwerft de Dood een stuk land dat hij afgrenst met een metershoge muur. Later komt het jonge koppel in de plaatselijke taveerne de Dood weer tegen. Als het meisje afgeleid wordt door jonge katjes en hondjes is bij de terugkeer haar vriend verdwenen.
Een zoektocht levert niets op totdat ze bij de muur komt. Dan ziet ze allerlei schimmen verschijnen die door de muur verdwijnen op weg naar het rijk van de doden. De laatste schim blijkt haar vriend te zijn. Het meisje pleit bij de Dood om haar vriend terug te brengen omdat dat in haar visie liefde sterker moet zijn dan de dood. Zo geeft de Dood het meisje een kans. Hij toont haar drie kaarsen die staan voor het leven van mensen. Alle drie de kaarsen staan op het punt om te doven. Mocht het meisje in staat zijn om een van de levens te redden, dan zal de Dood haar verloofde terug geven. Het verhaal van het eerste licht speelt zich af in een streng Islamitisch land. Daar is Zobeida (Lil Dagover), de zus van de kalief (Eduard von Winterstein) verliefd geworden op een christelijke Frank (Walter Janssen). Dit zeer tegen de zin van de kalief en als Zobeida de Frank gebiedt naar het paleis wordt deze laatste gegrepen. De kalief gebiedt El Mott, de tuinman (Bernhard Goetzke) de jongeman levend te begraven en zo dooft de eerste kaars. Het tweede verhaal van het licht speelt zich af in Renaissance Venetie af, tijdens het carnaval.
De edelvrouwe Monna Fiametta (Lil Dagover) is verliefd geworden op de gewone burgerman Gianfrancesco (Walter Janssen), dit tot grote ergernis van Monna’s verloofde Girolamo (Rudolph Klein-Rogge). Als Monna er achter komt dat Girolamo Gianfranceso wenst te vermoorden, besluit ze haar verloofde zelf te vermoorden. Girolamo komt echter achter dit plan en weet middels een list het zodanig te spelen dat Monna niet hem maar haar geliefde doodt. En zo dooft de tweede kaars. Het verhaal van het derde licht speelt zich in het oude China af. Daar wordt tovenaar A Hi (Paul Biensteldt) door de keizer (Charles Puffy) gesommeerd om hem te komen vermaken. Mocht de tovenaar hierin niet slagen dan is een onthoofding het gevolg. A Hi neemt de geliefden en zijn assistenten Tiao Tsien (Lil Dagover) en Liang (Walter Frank) mee.
Bij de aanblik van Tiao Tsien weet de keizer wat hij wil maar de jonge vrouw walgt van de keizer. Als A Hi de keizer niet durft te weigeren, neemt het meisje diens toverstaf af en weet met Liang te ontkomen. Maar de keizer stuurt de keizerlijke boogschutter (Bernhard Goetzke) achter hen aan en het is hij die Liang doodt. En zo dooft de derde kaars. De jonge vrouw heeft dus gefaald en toch geef de Dood haar nog een kans. Mocht ze iemand vinden die bereid is zijn leven op te offeren dan is de Dood wel genegen om de jongeman terug te geven. Dus gaat het meisje op zoek bij de zieken, de armen en de ouden met de vraag of ze bereid gezien hun omstandigheden om te sterven. Allen geven haar het volgende antwoord dat ze niets bereid zijn om ook maar iets af te staan van het leven : Nicht ein Tag, Nicht eine Stunde, Nicht ein Atemzug. Als dan bij een brand een zuigeling dreigt te verbranden, rent het meisje het brandend huis in en dan staat opeens de Dood naast haar om de baby in ontvangst te nemen. Als het meisje ziet welk een verdriet dit de moeder zou doen, staat ze het kind af aan het leven. De Dood besluit het tweetal dan maar te herenigen. Niet is het leven maar in de dood.
In ‘Der Mude Tod’ schildert Lang de burgerij behoorlijk negatief af. De burgemeester, de priester, de leraar, de notaris en de dokter mogen allemaal wel de belangrijkste posities binnen het dorp vervullen, hun gedrag is laakbaar door hun zwelgzucht, hun hebzucht en hun gebrek aan daadkracht. Lang heeft acteurs gekozen die qua fysiek eerder grotesk dan esthetisch zijn.
‘Der Mude Tod’ bood Lang ook de kans om te experimenteren met een meer expressionistische cameravoering, vooral door de belichting en soms ook door hoe de architectuur in beeld gebracht werd. En het gebruik van dubbele belichting, bijvoorbeeld in de scene waar de dood de geliefden losweekt van hun lichamen is erg fraai.
‘Der Mude Tod’ is qua vorm dan wel expressionistisch maar qua inhoud toch vooral Duitse Romantiek maar dan wel op zijn somberst. Lang vond dit allemaal wellicht ook wel iets te zwaarmoedig. Vandaar dat in het slotbeeld als de Dood, samen met de twee geliefden weg loopt, achter hen in het gras overal bloemen opkomen. Zo wordt de dood afgezwakt en de kracht van het leven geaccentueerd. Het publiek van‘Der Mude Tod’ te weinig Duits vond. Maar er waren anderen die de film wel omarmden. Het bleek dat‘Der Mude Tod’ vooral een filmmakers film was. Louis Bunuel was zodanig onder de indruk van Lang’s film dat hij daardoor besloot filmmaker te worden. Een scene uit Un Chien Andelou (1929), waar twee geliefden begraven worden in het zand is geïnspireerd op ‘Der Mude Tod’ En Alfred Hitchcock noemde deze film van Fritz Lang zijn favoriete film.
‘Der Mude Tod’ is niet mijn favoriete Fritz Lang film, ondanks zijn momenten. De film is zwaar en qua vertellingen op momenten ook wel wat aan de logge kant. Daarbij zit in de drie verhalen van het licht doordat het variaties zijn op een thema net iets teveel herhaling. Tijdens de vertoning in filmhuis Lumiere was er live-muziek van Jozef van Wissem die mij niet echt kon bekoren. Niet dat de composities op zich zo slecht waren maar omdat het vooral om twee muzikale thema’s ging die vaak herhaald werden en soms onhandig op de scenes gelegd werden. Daardoor werd juist de zwakte (de herhaling) van ‘Der Mude Tod’ geaccentueerd. Iets meer variatie door Josef van Wissem had de film meer dynamiek kunnen meegeven en dat was de film zeker ten goede gekomen.
Regie: Fritz Lang.
Acteurs: Lil Dagover, Bernhard Goetzke, Walter Jansen, Hans Sternberg, Carl Ruckerty, Max Adelbert, Wilhelm Diegelman, Erich Pabst, Karl Platen, Hermann Pischa, Paul Rehkopf, Max Pfeiffer, Georg John, Lydia Potechina, Grete Berger, , Eduard von Winterstein, Erika Unruh, Rudolph Klein-Rogge, Lewis Brody, Lothar Mutel, Edgar Pauly, Lina Paulsen, Charles Puffy, Paul Biersteldt, Paul Newmann.
Waar gezien: Filmhuis Lumiere, Maastricht.
Waardering: 6,5.