Een oude ziel in een jong lichaam. Dat cliché geldt zeker voor de Britse singer-songwriter James Sayer. Hij is in de 30, maar zijn liedjes grijpen terug naar een jaar of 50 geleden. Hij steekt dat ook niet onder stoelen of banken. Hij ontdekte in zijn jeugd de platencollectie van zijn vader met daarin o.a. Jerry Lee Lewis, Billy Joel en Elton John. Voeg daarbij soul invloeden van Earth, Wind & Fire en Aretha Franklin, en yacht-rock van Hall & Oates en The Doobie Brothers toe, en je hebt de sound van James Sayer. Van The Doobie Brothers en Michael McDonald is hij zelfs zo’n groot fan dat hij zijn nieuwste single ‘Cherry’ eigenlijk voor hem had bedoeld, maar McDonald vond dat hij het vooral zelf moest opnemen. Gelukkig maar, want het is momenteel een radiohit op Radio 2 en Veronica. Wie weet is het zijn doorbraak, maar voor de gelukkigen die deze avond in Utrecht naar zijn concert waren gekomen speelde hij nu nog in de intieme Club Nine zaal.
Voornamelijk achter een keyboard met vier bandleden achter hem zette hij gelijk met ‘Step By Step’ de toon voor een avond vol soul en gospel. Regelmatig zette hij het publiek naar zijn hand door mee te laten klappen. Hoewel het niet was uitverkocht uitte hij wel zijn dankbaarheid voor zijn eerste eigen show in ons land. Hij vertelde dat zijn eerste album later dit jaar moet gaan verschijnen, maar deze avond er al nummers van uit probeerde. Tussendoor was er nog ruimte voor twee covers van Van Morrison. Deze ochtend had hij namelijk in de ochtendshow van Gerard Ekdom een cover gespeeld van ‘The Bright Side Of The Road’, dus werd dat nummer nog even dunnetjes over gedaan. Om daarna door te pakken met een minder bekend nummer van Van Morrison, maar wat wel zijn persoonlijke favoriet was: ‘When Ever God Shines His Light’.
Er was tussen de nummer door ook ruimte voor anekdotes. Zoals hoe hij begon met het schrijven en opnemen van zijn eigen nummers. Hij speelde tot zeven jaar geleden vooral covers in bars. Totdat hij een eigen liedje speelde en iemamd hem erop aansprak dat hij zijn eigen nummers moest gaan spelen en opnemem. We mogen die persoon dankbaar zijn. Ook was er een persoonlijke bekentenis over waar zijn liefde voor ons land vandaan kwam. Dat kwam namelijk door een poster die hij in zijn jonge jaren op zijn kamer had hangen van niemand minder dan Candy Dulfer. Hij deed de bekentenis toen hij zelf zijn saxofoon ter hand nam.
Als er ook maar iets aan te merken was op zijn show, dan was het dat het misschien jammer was dat uitgerekend in zijn huidige single ‘Cherry’ de achtergrondvocalen uit het keyboard van zijn toetsenist kwam, en dus niet live waren. Het is toch vreemd als je stemmen hoort die niet op het podium staan. Het is echter maar een klein detail op een verder strak gespeelde avond vol soul die van 50 jaar geleden had kunnen zijn, maar toch niet gedateerd klonk. Niet alleen werd het fijn gespeeld, maar hij weet ook een publiek naar zijn hand te zetten. Een grotere zaal in het complex van TivoliVredenburg zou hij met gemak aankunnen. Wie weet komt het ooit. Dan zullen de aanwezigen van deze avond dankbaar zijn dat die ene persoon in dat café hem jaren geleden overtuigde om zijn eigen liedjes uit te brengen.