Grant verhuisde in 1960 met zijn familie van Guyana naar Londen. Daar richtte hij in 1965 de band The Equals op, de eerste multiraciale groep die enige erkenning kreeg in Engeland. In 1970 richtte hij zijn eigen productiemaatschappij op, Torpedo.
Niet veel later, in 1971, kreeg hij op 23-jarige leeftijd een hartaanval en een ingeklapte long als gevolg van zijn overvolle agenda. Eddy Grant verliet daarop The Equals en verkocht Torpedo. De volgende jaren hield hij zich vooral bezig met het produceren van werk van andere artiesten. In 1977 kwam hij met een nieuw album, ‘Message Man’. Een veel terugkomend thema in deze tijd was discriminatie en de woede die dat opriep.
In 1979 kwam hij met een volgend solo album, ‘Walking on sunshine’. De single ‘Living On The Frontline’ werd een hit (vooral in het club-circuit), maar het album zelf flopte. Dit gebeurde ook met de volgende LP, ‘Love in Exile’. In 1981 wist Grant met de lp ‘Can’t Get Enough’ in de album-charts te komen. Van het album ‘Killer On The Rampage’, dat in 1981 uitkwam, kwam de succesvolle single ‘I Don’t Wanna Dance’. Kort daarop scoorde hij een top 10-hit in onder meer Nederland, Engeland en de Verenigde Staten met ‘Electric Avenue’. Zijn grootste hit in Nederland was ‘Gimme Hope Jo’anna’ uit 1988 die zelfs een nummer 1 hit werd. Eddy Grant viert vandaag zijn 75e verjaardag