Tim Hill is geboren als de zoon van een muziekdocent. Zijn jeugd zat dus bomvol met muzikale prikkels en dat heeft de beste man het pad laten bewandelen van de muziek. Hij startte niet in het genre waar we hem nu van kunnen kennen. Hij begon in zijn omgeving namelijk op te treden in verschillende punkbandjes. Hierna ging hij door in de psych rock band The Allah-Las. Die band besloot zelf een label te beginnen en op dat label bracht Hill zijn eerste soloplaat uit.
Die eerste plaat genaamd ‘Payador’ werd gelijk een soort underground hitje en startte zijn carrière in de americana. Zijn invloeden haalt hij uit artiesten Randy Newman, Warren Zevon en Neil Young. Met name in de instrumentatie is goed de invloed van Neil Young te horen, zelfs zo dat je af en toe denkt: ‘Maar dit is toch van Neil Young?’ Bijvoorbeeld het intro van tweede song ‘Calico’.
Het album ‘Giant’ opent met het bluegrass-achtige ‘The Clock Is Never Wrong’. Op zich een leuke opener, maar direct valt op dat de vocals niet de sterkste kant zijn. Authentiek en puur dat dan weer wel, iets wat goed past in het genre dat Hill vertegenwoordigt, al hoop ik niet dat in de weg gaat staan naarmate het album vordert.
Helaas blijkt dit wel het geval te zijn. ‘Rain Delay Wurlitzer’ is het traagste nummer met slechts piano en zang, maar de zang lijkt regelmatig op het randje te zitten. Een bepaalde breekbaarheid in de stem kan soms zo ontzettend binnenkomen, ontroeren. Echter is dat hier bij mij juist het tegenovergestelde, het doet de wenkbrauwen fronsen.
En zo gaat het album geleidelijk verder. Ik kan er eigenlijk niet iets uithalen wat nu boven de rest uitsteekt als een ‘Giant’. Al moet gezegd dat de melodie van ‘Honey Tangerine’ erg fijn is en de viool een goede toevoeging geeft. Wellicht was het beter om dit een instrumentaal nummer te maken en het instrumentale ‘Fench Sweet’ van net een minuut gewoon van het album te schrappen.
Nee dit album is nu een x aantal keer beluisterd, maar na het afschrijven van deze review zal deze plaat geen rentree gaan maken op de speler hier. Authentiek is het wel, geen poespas, geen autotune, geen computertechnische dingetjes. Al blijken de vocals absoluut niet my cup of tea en dat heeft dat toch een groot effect. Neem daarbij dat niets op de plaat echt spannend is, dus is dit hem niet. Maar hé, iedereen hoort dingen anders en misschien vind jij dit wel een ‘Giant’ van een plaat. Ik laat hem vanaf nu echter links liggen. (4/10) (Calico Discos)