Iedere week komen er tientallen nieuwe albums binnen op de redactie van Maxazine. Veel te veel om ze allemaal te beluisteren, laat staan te recenseren. Iedere dag één recensie zorgt er voor dat er te veel albums blijven liggen. En dat is zonde. Daarom plaatsen we iedere zondag een overzicht van albums die op de redactie binnenkomen in korte recensies.
Naaz – Never Have I Ever
In 2017 won de Nederlandse zangeres nog een Edison als beste nieuwkomer. Toch is het haar niet echt gelukt om die aanmoediging te verzilveren en om te zetten in een mooie carriere. Natuurlijk, corona heeft alles een hele tijd stilgezet, maar toch. Naaz heeft nu dan een nieuw album, dat eigenlijk haar debuut is, uit onder de titel: ‘Never Have I Ever.’ Om maar meteen met de deur in huis te vallen. Ook nu maakt Naaz de belofte niet waar. Naaz probeert zich om te vormen van Holland got Talent kandidaat in een indie artiest, en dat is ze gewoon niet. 13 nummers lag probeert ze het en doet ze hoorbaar haar best, maar geen enkel nummer stijgt boven de brij van de rest uit. Heel even wordt het album interessant als Naaz in haar koerdische moedertaal gaat zingen op het nummer ‘Kche Baralla’ . Naaz is hoorbaar beter in staat zich te uiten in het Koerdisch dan in het Engels. Dat hoor je zelfs, als je geen Koerdisch verstaat. Een wat vlakke popplaat dus, met een uitschietertje. Dat is niet genoeg. ( Jan Vranken) (6/10) (Bits of Naaz)
Gotu Jim – Niet geslapen, wel Gedoucht
Rapper Gotu Jim breng met ‘Niet geslapen, wel Gedoucht’ zijn tweede album uit. Jim Lageveen, zoals hij volgens zijn paspoort heet, is niet bepaald van de straat. Hij is vooral populair bij de gekend seksistische en misogyne studentenverenigingen. Nou dan sta je ook al met drie tegen nul achter. Zijn album is saai, kinderachtig, plat en ongeïnspireerd. Precies wat je kan verwachten dat hersendode corpsballen leuk zouden vinden. De single ‘Stiekem wil ik DJ zijn’ zal vast geinig zijn als je met zijn allen staat te adten, dus qua doelgroep zit dat wel snor bij de collegehengsten. ‘Ketaverse’ is een poging om te vlammen. ‘je wordt meegesleurd in de ketaverse’ klikt gewoon niet met die “rrrrrrr”. Nee, gewoon overslaan die Gotu Jim, dat wordt nooit wat. (Jan Vranken) (4/10) (Burning Fik)
Seth Rosenbloom – As The Crow Flies
Het gaat goed met de carrière van Seth Rosenbloom. Zijn naam verschijnt steeds meer op diverse podia en met zijn tweede album geeft hij een fraai visitekaartje af. Hij groeide op in een muzikale familie in Waltham, Massachusetts. Zijn ouders zijn klassieke violisten en hij heeft dat instrument een tijd gespeeld. Op zijn elfde schakelde hij over op gitaar, begon met metal en wisselde naar de blues toen hij Joe Bonamassa had zien spelen. Rosenbloom kreeg een beurs van het Berklee College of Music in Boston en speelde in allerlei bands. In 2017 bracht hij een EP uit die alom goed werd ontvangen, twee jaar later gevolgd door een eerste volwaardige cd. Op zijn nieuwe album ‘As The Crow Flies’ staan negen nummers, waarvan er zes door hemzelf en zangeres/ gitarist Sonya Rae Taylor zijn geschreven of meegeschreven. Voor de productie heeft Rosenbloom zelf gezorgd. Het album begint met het door Tony Joe White geschreven titelnummer. De andere covers zijn ‘Can’t Trust Your Neighbor’ van Isaac Hayes en ‘I Wish You Could See Me Now” van Ronnie Earl. Op laatstgenoemde is de vioolpartij gearrangeerd door de vader van Seth. Andere nummers die een speciale vermelding verdienen zijn ‘Set Me Free’ en de bluesballad ‘Give Me The Ring Back’, waarmee het album wordt afgesloten. Een heel leuke plaat. (Eric Campfens) (7/10) (Eigen Productie)
The Subways – Certain Joys
The Subways bestaan al sinds 2002 en hebben een wat bijzondere lijst van bands waardoor ze zich laten inspireren; AC/DC, the Carpenters, T.Rex, the Beatles en the Ramones. Het leuke is dat je het gaat begrijpen als je hun vijfde album ‘ Certain Joys’ dan net uit is beluistert. Het zit er allemaal in. ‘You Kill my Cool’ zit lekker hoog in de energie en kent Carpenter koortjes en Ramones gitaren. het liedje is gewoon een oorwurm. ‘Love waiting on You’ is zo’n heel typisch britpop nummer, met dat heerlijke accent. Vrolijke, niets aan de hand poprock. Ik denk dat the Subways live voor een leuke avond zorgen. ‘Incantation’ is ook weer zo’n heerlijke track. Het is niet erg hoogstaand, maar je kan gewoon niets tegen dit album hebben. Leuk bandje hoor! (Jan Vranken) (6/10) (Alcopop!)
Eliza Neals – Badder To The Bone
De uit Detroit afkomstige Eliza Neals is een klassiek geschoolde operazangeres, die – gelukkig voor ons – de afslag heeft genomen naar blues en rock. Na haar debuutalbum in 1997 heeft zij een groeiend aantal fans onder zowel het publiek als haar collega-muzikanten. Dit laatste blijkt uit de samenwerking met artiesten als Popa Chubby, Joe Louis Walker, Tony Joe White, Buddy Guy om er maar een paar te noemen. Naast zangeres is zij een uitstekende pianiste, schrijft haar eigen nummers en produceert zelf haar platen. Onlangs is haar tiende album verschenen met daarop negen zelfgeschreven nummers. Ondersteund wordt zij door een uitstekende band met Lance Lopez (gitaar), Peter Keys (B3), Jason Kott (bas), Michael Puwal (gitaar, bas) en een handvol anderen. Ze trekt meteen fiks van leer met een op een Bo Diddley-ritme opgebouwd ‘United We Stand’. Bij het tweede nummer ‘Queen Of The Nile’ wordt meteen wat gas teruggenomen Hierin laat Eliza horen dat zij zowel het rauwe als het wat rustigere werk aan kan. Haar stem is vol, heeft een flink bereik en een rauw randje. Haar klassieke zangopleiding zal er mede debet aan zijn dat zij volledige controle heeft over haar vocalen en dat het nergens schreeuwerig overkomt. Gitarist Lance Lopez heeft overigens in het laatstgenoemde nummer een hoofdrol en hij speelt hier en in drie andere nummers de sterren van de hemel. In vier andere nummers, waaronder ‘Lockdown Love’ schittert Michael Puwal. De enige cover, Steve Winwoods ‘Can’t Find My Way Home’ krijgt een meer dan uitstekende, wat traag aandoende bewerking, waarin Lopez opnieuw van leer trekt. Een uitstekend album en een absolute aanrader. (Eric Campfens) (8/10) (E-H Records)