Lenny en de Wespen, de band rond zanger en componist Lennaert Maes uit Leuven, kent in Nederland nog niet zo’n bekendheid, al is de single ‘Januari’ al op radio NPO 5 te horen geweest.
Het meest recente album ‘Pleisterplaat’ kwam al op 12 december verleden jaar fysiek uit, en verscheen onlangs op 15 januari ook op de streaming portals. Een ietwat bijzondere manier van releasen, maar soit. Tijd dus om het album eens aan een paar draaibeurten te onderwerpen.
Het album kent 12 nummers, gelijk het aantal maanden in een jaar, al is niet met zekerheid te zeggen of Lenneart Maes dat daarom heeft gedaan. Productioneel is het album verzorgd. Roeland Vandemoortele, de nieuwe snarenspeler van de Wespen, verzorgde de productie. Om het geluid te bepalen werkte hij samen met Bert Huysentruyt die de mix als creatief speelveld had.
Roeland Vandemoortele stond voor het eerst productioneel aan de leiding van een album, maar is gekend vanwege zijn composities en arrangementen in dienst van artiesten als Eva de Roovere en Biezen. In het persbericht heeft de band het over een nieuwe, warme en gelaagde sound. Als ik het album een aantal keer heb beluisterd herken ik me niet in het nieuw en warm. Ik vind het album netjes klinken, weinig gedurfd en ook weinig nieuw al is dat binnen een productie moeilijk te duiden. Gelaagd als in een transparante sound met weinig laag, waardoor ook de kleinere details in de arrangementen goed te horen zijn? Daar kan ik me goed in vinden, het album geeft daardoor ook al op voor oudere luisteraars geschikte volumes al haar geheimen prijs.
Genoeg nu over zaken die voor de verlangende luisteraar onbeduidend zullen zijn. Het songmateriaal is erg goed. Tekstueel is Lenneart erg vindingrijk, bij vlagen poëtisch en introspectief. De muziek is sterk gericht op het oproepen van bij de teksten horende sferen, meer dan dat er hoogstaande muzikale acrobatiek of lefgozerij te horen is. Bij mij kwamen er al luisterend een veelvoud aan associaties voorbij. Onwillekeurig probeer je toch een artiest die je niet eerder hoorde in te klemmen tussen hetgeen je wel al kent.
Lenny en de Wespen lieten mij denken aan Spinvis in het openingsnummer ’Tante zag de Zee Nooit’. De stem van Lennaert speelt constant met de deja-vu spier in mijn cerebrum. Dan weer voel ik een vleug Verminnen voorbijkomen. Ik hoop dat Lenneart het me vergeeft maar in ‘Ik kan niet meer’ hoor ik zelfs Guido Belcanto. Het is niet het timbre, maar meer in frasering dat deze associaties opgeroepen worden. Het zou mij niets verbazen als dit de muziek was waarmee hij zelf is opgegroeid en die een blijvende indruk heeft achtergelaten in zijn jonge mannenbrein.
Mooiste nummers voor mij zijn opener ‘Tante zag de Zee nooit’ waarvan de muziek werd door bassist Mattias Moors, ‘E314’ dat mij aan Gorki doet denken, voorwaar geen vergelijking om je voor te schamen. ‘Ohlalala’, waarin nationale held Arno Hintjens wordt bezongen in een stijl die in uitvoering en muziek niet zouden misstaan bij die andere grootheid van de Belgische muziek Raymond van het Groenewoud.
Lenny en de Wespen afdoen als een goedkope rip-off van alle genoemde deja-vu’s die ik voorbij hoorde komen zou geen recht doen aan de eigenheid van de composities en de muziek, en is enkel en alleen bedoeld als wegwijzer voor wie de muziek net als ik nog niet kent.
‘Pleisterplaat’ is al met al een erg goed album geworden, dat je als argeloze, nietsvermoedende muziek consument zeker zal verrassen. Dat de vaccinatiegraad snel omhoog moge gaan, zodat we in groten getale de clubs in en de festivalweides op mogen om van Lenny en de Wespen te gaan genieten. Live, in het zonnetje en een biertje in de hand. Daar is deze muziek voor gemaakt. (8/10) (Buzzz Records)