Wat is nou de beste plaat van Nirvana? ‘Bleach’, zeggen de punkrockers. ‘Nevermind’, zeggen historici. ‘Unplugged’, zeggen Beatles-fans. Tsja, Nirvana is een legendarische band, dus gezien het relatief beperkte oeuvre zou je alle albums wel als zodanig kunnen bestempelen. En niet in de laatste plaats het huzarenstukje dat ‘In Utero’ heet.
Punkrock
Als je het hebt over een band die normaal is blijven doen: natuurlijk was Kurt Cobain een opvallende verschijning, in al zijn pogingen om vooral niet op te vallen. Het succes van ‘Nevermind’ ten spijt is Nirvana altijd een typische punkrockband gebleven; zo één die zich in een aftands busje met de goedkoopste autoverzekering vervoert, voor een habbekrats optreedt en de romantiek van het touren zo rauw mogelijk tot zich neemt.
Alleen op de REC-knop drukken
Dat uit zich op ‘In Utero‘, het derde studioalbum van het trio dat in de jaren ’90 het muzieklandschap voorgoed veranderde. Dit zou echter geen plaat worden als ‘Nevermind’. Gekozen werd voor de producer die geen producer was: punkrocker in hart en nieren Steve Albini. Grof genomen bestond zijn opnametechniek uit het opstellen van losse microfoons in de opnameruimte en vervolgens de REC-knop indrukken. Naderhand mixen deed hij niet. Zo hoor je het beste hoe een band echt klinkt, is Albini’s opvatting. What you hear is what you get.
Loeistrakke houthakker
‘In Utero’ is de meest chaotische en eigenwijze plaat van de band geworden, en juist daarom legendarisch. De voortkabbelende bluesy aftrap ‘Serve The Servants’ was van een heel ander kaliber dan het ‘Smells Like Teen Spirit’ waarmee ‘Nevermind’ opende. ‘Scentless Apprentice’ was gebaseerd op een drumbeat van Grohl. Pas in ‘Heart-shaped Box’ hoor je de geroemde popsong-constructie terug. ‘Rape Me’ is een zelfparodie op ‘Smells Like Teen Spirit’: kijk eens wat dat nummer ons voor ellende gebracht heeft, zegt Cobain hiermee, verwijzend naar de roddelpers. En afgezien van het Beatles-achtige ‘Dumb’ en het boetekleed in ‘All Apologies’, is er op de hele plaat een band te horen die de noise, feedback, kortom een bijzonder radio-onvriendelijke sound omarmt.
Oorlog
‘Radio Friendly Unit Shifter’, ‘Very Ape’ en ‘Milk It’ laten horen dat Nirvana nog veel meer kon. De muziekwereld roemde Cobain om zijn songschrijverschap, dat zo vaak aan dat van John Lennon deed denken, en hoopte op meer van dat soort pareltjes. Maar dat was niet de intentie van Cobain, Grohl en bassist Krist Novoselic. Die dachten wat meer out of the box, zoals men dat nu zou zeggen. De moeilijke weg werd gekozen met deze droge, rauwe Albini-sound – een hoop herrie. Geschrokken A&R-managers zeiden ‘shit jongens, dit is Kunst! Wat nu?’ En recensenten concludeerden droogjes: ‘U verwachtte een tweede ‘Nevermind’? Vergeet het maar. Dit is oorlog.’ Nooit geweten dat oorlog zo goed kon klinken.