De Rio de la Plata stroomt statig naar de Atlantische Oceaan. Breed uitwaaierend tussen Uruguay en Argentinië. Deze regio, met de cultuurmetropolen Montevideo en Buenos Aires, bruist van muzikale energie, een mix van Westerse invloeden en plaatselijke traditie, zoals de tango. Het resultaat is opmerkelijk, nee indrukwekkend, en verdient volle aandacht in Europa. Een mooi voorbeeld is Chillan las Bestias, ‘De schreeuwende beesten’, ontsproten aan de beide oevers van deze ‘Zilveren rivier’. Een gesprek met bandlid José Navarro.
Thuis, in de bekende wijk Recoleta in Buenos Aires, zit José voor zijn enorme platenkast met albums van over de hele wereld. Dus ook van de Nederlandse Minny Pops en de Belgische TC Matic. De geboren Peruaan is vooral gecharmeerd van de Engelse en Amerikaanse new wave uit de jaren ’80. Hij is er trots op, net als op zijn band. “We hebben allen een beetje dezelfde smaak: Nick Cave and the Bad Seeds, And also the Trees, Tindersticks, Swans, Crime and the City Solution.” Deze smaak is ook duidelijk terug te horen in hun muziek. Verfrissend en verrassend vermengd met hun regionale roots, met name de tango. Pedro vertelt vol passie over het ontstaan. “We waren altijd al een vriendengroep. Pablo P. Ferrajuolo (bas), Marcos Camisani (viool), Marcelo Chiachiare (gitaar) en Franco Varise (piano) speelden in Angela Tullida, een bekende band in Argentinië. Ik was een enorme fan van hen. Na de split in 2012 werd ik als drummer gevraagd voor een nieuwe band.”
Tijdens de eerste repetities was de Uruguayaanse kunstenaar-dichter-zanger-acteur Pedro Dalton toevallig ook in Buenos Aires. “Hij was de zanger van de succesvolle band Buenos Muchachos. Ze hadden al acht albums op hun naam en traden samen op met bands als the Pixies and Nick Cave.” Pedro werd meteen gevraagd om mee de oefenruimte in te duiken. “Het was eigenlijk meer een excuus om vrienden te ontmoeten, over muziek te praten en te kijken wat er kon gebeuren. We waren er van ’s morgens vroeg tot ’s avonds laat, dagen achtereen. Zelfs op zaterdagochtend, wie doet nu zoiets? Wij, wij voelden elkaar aan.”
Tussen de muzikanten was Pedro Dalton de echte kunstenaar, een creatieve geest, geliefd in met name thuisland Uruguay. “Pedro werd eigenlijk gevraagd gedichten te schrijven, maar tijdens het schrijven kreeg hij een nieuw inzicht: Ik wil niet dichten, ik wil met jullie gaan zingen…” Zo werd hij de songwriter en was ook de nieuwe band geboren. Met een opmerkelijke naam. “Het ging er soms zo fanatiek aan toe dat iemand gekscherend zei: ‘Jullie lijken wel beesten die schreeuwen en krijsen: Chillan las Bestias. Die naam klonk ook nog goed, haha. En wij zijn allen de beesten. Ik ben de buffel”, zegt José trots. “We proberen muziek te maken die net even anders is.” Een mix van Europese en Rio de la Plata arrangementen, een melancholieke tango-gloed van piano en viool en een rauwe, intense zang. “Een vreemde cocktail, waar we trots op zijn. Muziek voor het hart.” Pablo schrijft en zingt over zijn het leven, zijn leven. ”Wat hij ziet in de stad, relaties, dromen, hoop.” Met hun duistere maar gevoelige sound waan je je ’s avonds in een straat in San Telmo, waar Pablo’s stem uit een donkere tango-bar klinkt en waar je naar binnen worden geleid op de melancholische klanken van piano en viool, en waar binnen mannen en vrouwen het leed en het leven vieren, in innige dans en muziek.
In 2014, na shows in Buenos Aires en Montevideo, bracht het Argentijnse Scatter-label het eerste, titelloze album uit. De cover werd opgesierd door een opmerkelijke pentekening van een slagerskoe, symbool voor de Argentijnse beef. “Geïllustreerd door Pedro Dalton met Chinese inkt, net als onze overige albumcovers en artwork.” Het album werd in één dag opgenomen. “Helemaal live in de beroemde ION-studio’s in Buenos Aires. We wilden het geluid oprecht en puur houden.“ Het was een, volgens José, typisch eerste album: “Al onze creativiteit van jaren kwam er in één keer uit, als in een rush.” Aan beide oevers van de Rio de la Plata volgden optredens en goede recensies.
In 2016 kwam de, eveneens titelloze, opvolger, in dezelfde studio, nu opgenomen in twee dagen. “Hier gingen we meer de diepte in, muzikaal en tekstueel. De arrangementen waren meer experimenteel. We dachten ook veel meer na over de dingen die speelden binnen en buiten de band, soms heel persoonlijke, moeilijke zaken.” Weergegeven door een peinzende aap op de albumhoes, nu uitgebracht aan de andere kant van de rivier bij het Bizarro-label uit Uruguay. “Het kleine Uruguay is ook veel meer open minded dan Argentinië, ook voor onze muziek.”
“Een van de persoonlijke zaken was de ziekte van gitarist Marcelo. Hij had kanker en overleed in 2017.” Een belangrijke creatieve geest viel weg. “Hij was de condor, zwevend door de lucht op grote vleugels.” Maar hij had al voor zijn dood gezegd dat ze door moesten gaan. Nu is Luis Filippelli de gitarist, een andere oude vriend en kennis van de band.”
Net een paar dagen na de dood van Marcelo won Chillan las Bestias in Uruguay de Graffiti-prijs voor het beste alternatieve album van het jaar. “Het samengaan van de lyrics en de muziek werd geprezen. En onze eigenzinnigheid en eigenheid. We waren natuurlijk heel trots.” En geliefd. Zo mochten ze optreden in het beroemde Imaginario Cultural in de Argentijnse hoofdstad, podium van de traditionele Argentijnse grootheden, maar dus ook van alternatieve band als Chillas las Bestias.
Na een tijd van reflectie op het tweede album staat de band weer open voor de wereld. “We hebben vertrouwen in de toekomst en gaan binnenkort ons derde album afronden. Het is een tijdsbeeld geworden van veranderingen en aanpassingen, maar ook van doorzettingsvermogen.” Wie Chillan las Bestias kent en begrijpt, kan de albumcover van zanger Pedro Dalton al bijna voorspellen… Inderdaad: een pentekening van een vreemde, grote vogel; een condor, als hommage aan gitarist Marcelo. Het donkere en toch ook de hoop. De beesten blijven schreeuwen aan de Rio de la Plata…