Met een naam als ‘Ringo’ zal niemand je snel vergeten. En al helemaal niet als je ooit een van de vier Beatles was. Toch kan de vorig jaar geridderde Ringo Starr het prima af zonder ‘a little help from his friends’, want met ‘What’s My Name’ brengt hij vandaag alweer zijn twintigste studio-album uit. Een oeuvre op zichzelf, naast de rijke muzikale geschiedenis die hij met zijn band al schreef.
De opnames voor ‘What’s My Name’ vonden plaats in zijn thuisstudio, waar hij vergezeld werd door een aantal muzikale grootheden, waaronder zijn zwager en Eagles-gitarist Joe Walsh, multi-instrumentalist en zanger Edgar Winter, Dave Stewart van de Eurythmics, Colin Hay van Men At Work én zijn oude bandmaatje Paul McCartney. Opnemen in Roccabella West, zoals hij zijn huis in Los Angeles liefkozend noemt, is voor Ringo de ideale manier om te werken. “I don’t want to be in an old-fashioned recording studio anymore, really,” legt hij uit. “I’ve had enough of the big glass wall and the separation. We are all together in here, whoever I invite over. This is the smallest club in town. And I love it, being at home, being able to say hi to Barb, it’s just been good for me and the music.”
Wat bovenal doorklinkt op het album is het plezier en de ‘Piece and Love’ die Ringo nog altijd voelt voor het maken van muziek. Daar is in de afgelopen decennia niets aan veranderd: “When I was a teenager, my mom always said, “Son, you’re at your happiest when you’re playing.” And it’s still true to this day. I’m blessed. I had a dream back when I was thirteen, and just last night I played with all my friends at the Greek, and I’ve been putting together All Starr bands for 30 years. And it’s still a thrill.”