Rob de Nijs won in 1962 met zijn band ‘The Lords’ een talentenjacht. Met zijn grote hit ‘Ritme van de regen’ werd hij een tienerster. Niemand had toen kunnen bedenken dat Rob 57 jaar later nog steeds het theaterpodium zou gaan betreden. Tijdens deze theatertour ‘Niet voor het laatst’ durft Rob de Nijs kwetsbaar te zijn en zijn gevoelige kant te tonen. Zowel nieuwe nummers als de oude klassiekers uit de tijd van de samenwerking met Lennart Nijgh komen aan bod.
Vrijdag 12 april betrad Rob de Nijs het podium van Theater ‘t Spant in Bussum. Hier heeft Rob al jarenlang vele voetstappen gezet en weet hij een vaste schare fans naar toe te krijgen. De sfeer onder het publiek was duidelijk voelbaar: men had er zin in.Samen met zijn begeleidingsband ‘Pur Sang’ kwam Rob op. Van deze band is alleen de gitarist nog een oorspronkelijk lid , stammend uit de jaren ‘80.
Natuurlijk was het te merken dat Rob, met zijn 76 jaar, zichtbaar ouder is geworden. Hij draagt langer, grijzer haar en heeft een baardje. Van verschillende kanten uit het publiek kwamen opmerkingen. De mensen zagen toch liever het korte koppie haar. Het werd een voorzichtig begin met ‘Ritme van de regen’. Zijn trillingen werden ook een beetje hoorbaar, maar na het inzetten van het tweede nummer ‘Bo’ was dit verdwenen. Altijd van vaste waarde is het lied ‘Foto van vroeger’. Ook nu mocht dit niet ontbreken. “Het is iedere keer weer een verzoeknummer van mijn publiek”, zei Rob. Wat een prachtige interactie heeft hij met zijn publiek. Hij bespeelde ze met klasse. Een gebaar of lach was meestal voldoende. Deed hij een vinger voor zijn mond, dan was iedereen direct stil. Zijn humor kwam ook regelmatig naar voren. Tijdens het voorstellen van de band grapte hij dan ook: ”Ja ach, dit was de pianist en de rest komt na de Pieper.”
Na deze, voor het publiek, bekende nummers, werd het tijd voor wat liedjes van zijn nieuwste album. Nummers als ‘De wereld op zijn duim’, gecomponeerd door Daniel Lohues, ‘Morgen kom je terug’ (Spinvis) en ‘Schaduw op de muur’ en ‘Eeuwig jong’, geschreven door Jan Rot. Rob wist de teksten van deze mensen zo goed neer te zetten, dat iedereen het geloofde. Hiermee toonde hij zich een groot artiest, nog steeds. Wat een heerlijke stem, echt een genot om naar te luisteren. Het deel voor de pauze werd afgesloten met ‘Banger hart’. Het was zijn eerste nummer 1 hit, uit 1996 geschreven door Ellert Driessen (Spargo). Iedereen zong en danste mee.
Na de pauze kwamen veel hits voorbij en het publiek was bij vlagen uitzinnig. De dames op de voorste drie rijen, bleven staan en dansen. Rob greep dit aan en liep soms naar ze toe om handen te schudden of iets te zeggen. Hij werd hier ook enthousiast van. Nummers als: ‘Het werd zomer’, ‘Zondag’ en ‘Malle Babbe’ doen het altijd goed. Ze horen er gewoon bij. In het nummer ‘Zwanenmeer’ zit ook een bijdrage van zijn ex, Belinda Meuldijk. “Zwanen zijn elkaar altijd trouw, bij mensen is dat vaak niet zo”. Toch is Rob blij dat ze nu weer samenwerken. Alles wat tussen hen instond, hebben zij opzij geschoven. Ook de ballad ‘Niet voor het laatst’ was prachtig, over de eindigheid van alles. Vroeg of laat krijgt iedereen hier mee te maken. Die herkenbaarheid kreeg ‘t Spant muisstil. Schitterend!
Aan het eind bedankte Rob de bandleden. “Zij inspireerden mij al sinds de jaren 80 en nu nog steeds. Ik ben ze erg dankbaar”. Een mooie avond werd afgesloten met ‘Zonder jou ’en ‘Vrede’. De geloofwaardigheid en prachtige stem van Rob de Nijs maken hem tot een rasartiest. Hiermee weet hij zijn fans aan hem te binden. De titel van deze theatertournee ‘Niet voor het laatst’ bleek veelzeggend. We gaan vast nog veel van hem horen. Rob treedt nog op in Nederlandse en Vlaamse theaters, in ieder geval tot 11 januari 2020.