De invloeden van Orgel Vreten variëren van Deep Purple en Focus, tot aan de The Allman Brothers. Ze spelen dus muziek van uiteenlopende aard, maar altijd van hoogstaand niveau. Dat toonden ze vrijdag 21 december in De Bosuil in Weert.
Thijs Schrijnemakers en Darius Timmer begonnen als eerste met spelen. Bassist Jan Teertstra en drummer Henri van den Berg volgden. Arno Bakker stond aan de rand van het podium. Als een statige ‘maestro’ nam hij het woord voor ‘There are rules’. Tijdens de instrumentale delen keek hij als een impostante, grote vriendelijke reus met strenge blik de zaal rond. Darius en Thijs zaten zoals gewoonlijk tegen over elkaar, de Hammonds tegen elkaar aan geschoven. Daarbij hadden ze veelvuldig oogcontact en ze speelden vlammend. Vooral Darius veerde regelmatig op en stond te spelen. Ook Thijs zat niet bepaald stil. Henri zat met een big smile te drummen. Zelfs als Jan achter in een hoekje aan het bassen was, was hij één en al beweeglijkheid. Je voelde al bij dit eerste nummer dat dit een geweldig concert zou worden, je kwam ogen te kort.
‘Darius is blij’ was één van de nummers waarbij Arno op de trombone speelde. Hij stond aan de rand van het podium waarbij de schuif richting de fans ging. Thijs en Darius leken elkaar op te jagen. Hierbij lette Arno goed op wat dit tweetal deed. Darius schoof zijn kruk naar achteren en stond te dansen achter de toetsen. Het zacht gespeelde deel was subliem ingelast, ook Henri speelde hier mooi zacht. De samenwerking tussen deze muzikanten was geweldig om te zien. Non-verbale kleine signalen waren voldoende om het tempo weer op te schroeven. Arno ging helemaal los op zijn trombone. Onderling maakten de mannen al spelend grappen met elkaar, het werd een dolle boel. Het klein gespeelde deel was na dit explosieve stuk extra indrukwekkend. Tempo en volume vlogen weer omhoog. ‘Baron van Pogosteyn’ werd hieraan vastgeplakt, hierdoor ontstond een fantastisch lekkere lange live versie, gevuld met heerlijke, tomeloze energie! ‘Hold my hand’ is ingetogen, met langzame diepe bas grooves. Thijs en Darius kropen als het ware in de muziek. Vooral op het eind was de emotie op de stem van Arno voelbaar.
‘Rups de Musical’ startte met een drumsolo. Arno speelde op zijn sousafoon. Niet alleen zijn trombone, maar ook de sousafoon klonk doorleefd. Tijdens het spelen stapte hij op de orgelkurk van Thijs, die onverstoorbaar verder speelde. Arno stapte zelfs over het hoofd van Thijs heen, naar de andere kant van de kruk. Ondertussen bleef Arno, diepe lage tonen de zaal in blazen. Om het geheel nog gekker te maken klom Arno op de orgels om daar verder te spelen. Thijs en Darius verlieten even hun kruk. Het was tijd voor samenspel tussen Jan en Arno. Jan klom, al spelend, via kruk Thijs ook op de orgels. Ondertussen zat Darius weer op zijn kruk, en boog Arno zich voorover waardoor Darius moest bukken om te voorkomen dat zijn hoofd in de sousafoon zou verdwijnen. Thijs klom over de orgels heen en nam de plek van Darius in, zodat hij kon gaan dansen. Dit was bijna een circusact, onvoorstelbaar wat een geweldige show maakten ze van dit nummer! Na afloop vroeg Thijs heel droog: ”Vinden jullie het leuk?”
Vervolgens vertelde hij: “We zitten niet voor niks aan de voorkant van het podium. We nodigen jullie allemaal uit om op het podium te komen!” Zo maakten ze fantastisch gebruik van het geringe aantal bezoekers. Thijs maakte op een leuke manier contact met de fans. Hij vertelde dat het de bedoeling was dat iedereen aan het eind van het nummer weer in de zaal zou staan. Daarna begonnen de mannen te spelen. Orgel Vreten liet ons even proeven hoe het voelt om op het podium te staan. Darius stond te dansen achter zijn Hammond. De fans stonden er met hun neus bovenop, iedereen genoot ervan.
Stuk voor stuk en bijna ongemerkt ging iedereen terug de zaal in. Het podium behoorde weer toe aan Orgel Vreten, daar ging het feest door. Jan nam even plaats achter de Hammond van Darius, en Darius speelde even op de bas. Tot ieders plezier maakte dit tweetal zogenaamd een beetje ruzie voordat ze hun eigen instrumenten weer in/onder de handen hadden. Darius ging met zijn synthesizer tegen Henri battelen. Er werd volop plezier gemaakt. Toch werden de ingetogen, mysterieuze stukken fantastisch gespeeld. De sfeer in de zaal veranderede, iedereen was muisstil.
Na ‘Solero’ zwaaiden de mannen ons gedag. Henri was als eerste terug voor de toegift, en gaf een drumsolo weg. Er werden grappen gemaakt vanuit de zaal en door Henri. Ondertussen was de voltallige band teruggekomen om ‘Ode aan John Souhoka’ te spelen. Arno nam plaats bovenop de orgels. Half zingend, half pratend, maar vol vuur vertolkte hij zijn tekst. Hij leek wel een predikant of politicus die zijn verhaal deed. Toen het concert afgelopen was bleef Arno staan waar hij stond, met lp’s in zijn hand. De merchandising vond plaats op het podium. De mannen namen alle tijd voor hun fans. Dit was een memorabele, ‘theatrale’ avond zoals je maar zelden ziet.
Foto’s (c) Hen Metsemakers