Leo Sayer, geboren op 21 mei 1948 te Shoreham, Sussex, Engeland viert vandaag zijn 70e verjaardag. Na diverse omzwervingen – zo is hij onder andere zanger in allerlei bluesbandjes – komt Leo via een advertentie in de krant in contact met Dave Courtney. Sayer maakt dan deel uit van de groep ‘The Patches’. Courtney zorgt voor een introductie bij Adam Faith. Deze heeft veel vertrouwen in de groep en in het bijzonder in Sayer. Voor Warner Brothers neemt Faith met The Patches de single ‘Living in America’ op. Helaas levert het nummer niet de gewenste resultaten op en Faith besluit met Sayer als solist verder te gaan.
Ondertussen is Leo Sayer samen met Courtney begonnen met songs te schrijven en begin 1972 neemt Sayer met Faith als producer een aantal van die nummers op in Roger Daltrey’s (The Who) privé-studio in Sussex. Daltrey komt natuurlijk luisteren en vraagt aan Courtney en Sayer of ze nog wat extra nummers hebben liggen. Direkt daarna begint Daltrey te werken aan een eigen album met dezelfde musici als Sayer. Leo’s eerste album getiteld ‘Silverbird’ is al uit als Daltrey’s solo-album (met daarop Sayer-Courtney’s ‘Giving It All Away’) uitgebracht wordt.
Leo wordt gevraagd om in het voorprogramma te gaan staan tijdens een Roxy Music tournee. Hij valt meteen al op door het clownspak dat hij draagt. In 1973 heeft Sayer een grote hit getiteld ‘The Show Must Go On’. In 1974 brengt hij ‘One Man Band’ en ‘Long Tall Glasses’ uit, waarna hij de samenwerking met Courtney beëindigt. ‘Another Year’ levert de hit ‘Moonlighting’ op en de door Richard Perry geproduceerde ‘Endless Flight’ zorgt voor de doorbraak in de USA. De singles ‘You Make Me Feel Like Dancing’ en ‘When I Need You’ (van Carole Bayer Sager) zorgen ervoor dat hij succeslvol blijft. ‘Thunder In My Heart’ is wederom door Richard Perry geproduceerd.
Het album ‘Leo Sayer’, vertoont tekenen van een lichte identiteitscrisis. De disco van ‘Endless Flight’ en ‘Thunder In My Heart’ is nagenoeg verdwenen en bijgestaan door o.a. Lindsay Buckingham werkt Sayer zich door een merkwaardige repertoirekeuze (Jackson Browne, Andy Fairweather-Low). Het zoeken naar een nieuw artistiek concept duurt voort op ‘Here’, waarop Sayer het samenwerkingsverband met David Courtney herstelt. Hij toont zich wederom een muzikale kameleon, maar kan in geen van de aangeboorde genres overtuigen. Zowel artistiek als commercieel komt Sayer aanzienlijk sterker over de brug wanneer hij op ‘Living In A Fantasy’ samenwerkt met Alan Tarney, een van de Britse top producers in het betere Top 40-genre (Cliff Richard, Barbara Dickson).
Zowel Tarney’s vlotte hand van schrijven als zijn onmiskenbare productie zetten Leo Sayer terug in het hitzadel: ‘More Than I Can Say’ is (ook in Nederland) zijn eerste grote hit sinds ‘Raining In My Heart’. Voor World Radio vertoeft Sayer enige tijd in Los Angeles om met producer Arif Mardin enkele hitpotente nummers voor die elpee op te nemen. Het van World Radio afkomstige ‘Have You Ever Been In Love’ wordt alleen in Europa een hit. Het gevoelige ‘Orchard Road’ is in ’83 een Top 10-hit in Nederland.
In 1990 werkte hij mee aan het album van Eric Woolfson (Alan Parsons) ‘Freudania’. In hetzelfde jaar gaf hij een optreden tijdens het San Remo Music Festival. Een jaar later werd zijn hit ‘You Make Me Feel Like Dancing’ gebruikt in de film ‘Charlie’s Angels’ en stond ook op het soundtrack album van deze film. Op 12 februari 2006 maakte hij een verrassende comeback met Meck’s remix van ‘Thunder In My Heart’. Dit was de eerste keer in 24 jaar dat hij in de Britse top tien stond. In 2008 verscheen er in Australië een nieuw album van Leo getiteld ‘Don’t Wait Untill Tomorrow’. Momenteel geeft Leo nog steeds concerten en is een graag geziene gast.