De Canadese prog.rockband SAGA viert dit jaar haar veertigjarig jubileum. De line-up bleef al die jaren redelijk stabiel. De toer die SAGA maakt staat niet alleen in het teken van hun jubileum, maar is tevens hun’ Final Chapter Tour’. Deze avond, 26 oktober, beloofde daarom bij voorbaat heel speciaal te worden. Niet alleen vanwege hun afscheid en jubileum. SAGA stond voor het eerst in De Bosuil in Weert.
Ruim voordat de deuren open gingen stond er al een flinke rij fans van allerlei leeftijden te wachten. Bij binnenkomst zagen we het decor voor de akoestische set. De grote boekenkast op de achtergrond ademde de sfeer uit van het boek ‘Matilda’ van Roald Dahl.
Frontman Michael Sadler en Jim Gilmour namen als eerste plaats. Even later gevolgd door de rest van de band. Al bij het eerste nummer was het duidelijk te zien dat de onderlinge band tussen deze vijf mannen goed is. Tussen de akoestische nummers door maakte Michael af en toe een grapje. De sfeer was gemoedelijk. Drummer Mike Thorne gebruikte voor de percussie diverse attributen. Soms had hij in zijn ene hand een shaker en een drumstok in de andere hand. Jim Gilmour speelde niet alleen keyboard en klarinet maar ook accordeon. Fans klapte mee op de lieflijke melodie. Zittend wist de energieke Michael de emotie in de muziek over te brengen. Er werd zachtjes meegezongen bij ‘No Regrets’ en ‘The security of illusion’.
Hierna werd de set omgebouwd. Dit duurde iets langer dan de beloofde tien minuten, maar dat was vergeten zodra SAGA weer tevoorschijn kwam. Het verschil met de akoestisch set was enorm. Michael toonde een flinke dosis energie. Het leek alsof de jaren geen vat op hem krijgen. Zijn manier van performen is in de loop der jaren zelfs expressiever geworden.
Als de zang iets harder was geweest ten op zichten van de muziek, dan was Michael beter te verstaan geweest. Maar de echte fans kenden de teksten toch wel uit hun hoofd. Vooral de bekende nummers zoals ‘On the loose’ werden luidkeels meegezongen. Michael wist ons met een subtiele handbeweging aan te sporen tot meeklappen. Vaak hadden we deze aansporing niet eens nodig en klapten we spontaan mee. Hier waren de bandleden zichtbaar blij mee.
Michael gaf zijn teksten extra diepgang met zijn lichaamstaal. Als hij achter zijn keyboard stond bleef hij expressief. Zelfs op de momenten dat hij niet hoefde te zingen of te spelen bleef hij een ware frontman. Hij stond nauwelijks stil. Non-verbaal liet hij merken dat hij trots is op zijn band. Michael vertelde dat hij trots is dat hij nog steeds optreedt. Maar zo vervolgde hij: ” Dit is alleen mogelijk door de trouwe support van jullie gedurende deze veertig jaar, dank jullie wel!”
Zowel de rockende delen als de klein gespeelde gedeelten verliepen vlekkeloos. Het gitaarwerk van Ian Crichton was indrukwekkend. Jim Crichton verruilde zijn bas regelmatig voor de toetsen. De andere Jim stond verdekt opgesteld tussen de keyboards. Mike trakteerde ons op een solo. Hierbij werd hij in allerlei kleuren licht gezet. Hoewel hij verstopt zat achter zijn drumkit was dit een prachtig schouwspel. Mike speelde snel, maar met behoud van dynamiek en power. Michael pakte de bas voor ‘Humble Stance’. Dit leverde gejuich op. Het publiek vormde een koor, en zong uit volle borst. Slechts op de achtergrond begeleid door de toetsen. Dit was een gaaf moment. Het rustige stuk wat er op volgende eveneens. Prachtig hoe dit nummer weg stierf.
‘Scratching the surface’ was één van de nummers waarbij Jim Gilmour de leadzang had. Iedereen zong spontaan mee. Michael liet zien wat het ritme was om mee te klappen, natuurlijk volgden we hem! ‘You’re not alone’ is heerlijk om mee te zingen, en te klappen. Er werd zelfs zo lang in de maat geklapt dat Michael al lachend gebaarde om stilte. Zodoende konden we keer op keer “You’re not! You’re not! You’re not alone” zingen. Michael stond aan de rand van het podium en hield zijn microfoon met standaard en al boven de hoofden van de uitzinnige fans. Er was geen spoortje vermoeidheid te zien bij de mannen. Bij Michael helemaal niet. Hij bleef energiek en expressief. Zo werd ook ‘Don’t be late’ een feestje.
Maar aan alle feestjes komt een eind: na 1,5 uur verliet SAGA het podium. Natuurlijk kwamen ze terug. En hoe: De ‘Flyer’ en vooral ‘Wind him up’ mochten niet ontbreken. Natuurlijk werd er volop meegezongen. SAGA bleef alles geven tot het allerlaatst. Opnieuw verlieten de mannen het podium. Daarna kwamen ze nog één keer kort terug met ‘How long’. Totaal duurde deze tweede set bijna twee uur. Tijdens dit memorabele afscheidsconcert kwamen vier decennia voorbij. Hierdoor werd dit een concert om nooit te vergeten.
Foto’s (c) Jack Kok