Het mini-festival ‘Euro Safari’ bracht zonnig Zuid-Afrika even naar het druilerige Amsterdam. En dan niet de traditionele sound van Ladysmith Black Mambazo of Miriam Makeba maar op en top vrolijke, Engelstalige indiepop. De drie bands die optraden vertegenwoordigen de moderne sound van Zuid-Afrika die langzaam maar zeker ook Europa bereikt. Al Bairre (spreek uit als Al Bear), December Streets en Shortstraw (foto) lieten ons proeven van de soms zelfs Britpop-achtige vibe met een exotisch randje.
De theaterzaal van de Melkweg was voor de gelegenheid verkleind tot een knus zaaltje waar, met een beetje proppen, 100 man in pasten. Al Bairre uit Kaapstad beet het spits af en startte met ‘Julia’, van hun nieuwe album ‘ Experience The Al Bairre Show with Al Bairre Experience’. De band valt op door de bijzondere samenstelling met, behalve gitaar, drums en keys, ook viool en cello. Deze worden bespeeld door de tweelingzusjes Tessa en Julia Johnson die er met hun lange zwarte haren en rechte pony een beetje uitzien als het meisje uit The Ring, maar in plaats van je in een duistere put te trekken vrolijke muziek maken en prachtig tweestemmig zingen. De combinatie van instrumenten zorgde voor een frisse sound waarbij de viool veelal de taak van de gitaar op zich nam en catchy rifjes aan de nummers toevoegde, zoals bij ‘Right Here in July’. Felgekleurde lichten brachten nog meer zonnige sfeer op het kleine podium. Dit in combinatie met de vrolijke liedjes en enthousiaste bandleden was meer dan genoeg om de zaal aan het dansen te krijgen. Het viertal eindigde hun set met het luchtige ‘Where Do We Go From Here’. Natuurlijk ontkwamen ze niet aan het geven van een toegift na het volmondige “One more song!” en speelden het in tempo wisselende ‘No Mom, I Won’t’, waarbij de viool indrukwekkende snelheden haalde.
Zonder enige poespas knalde de technicus daarna de wachtmuziek aan zodat het podium als de bliksem kon worden omgebouwd voor de volgende band: December Streets. De band uit Pretoria bestaat uit vijf leden, waarvan er blijkbaar maar drie op tour zijn en speelt poprock zoals je die onder een reclame van H&M of Coca Cola zou horen. Er werd opvallend minder gedanst dan bij de voorgaande band, maar wel veel meegezongen. December Streets maakte tijdens hun set weinig contact, op een geforceerd praatje na, en de details van het keyboard vielen helaas weg door de drums waardoor het een beetje een saaie set werd. Gelukkig blies de trompet nog wat leven in de songs en zorgden de covers van Gorillaz’s ‘Clint Eastwood’ en Robin Schulz’s ‘Sugar’ voor een welkome verrassing. Bij het laatste nummer ‘Can You Feel It’ en de toegift die volgde werd er nog wel vrolijk gedanst, voordat de overenthousiaste technicus het volume van de ombouwmuziek weer opendraaide.
De muziek en een soundcheckende band zorgden voor een kakofonie van lawaai in het kleine zaaltje, maar om half tien was het dringen voor het podium. Ondanks dat de Euro Safari een line-up heeft van drie bands die in theorie allemaal gelijkwaardig aan elkaar zijn, voelde het toch een beetje alsof de eerdere bands als voorprogramma dienden voor de Shortstraw show. Misschien was het doordat ze het bekendst zijn of gewoon omdat zij als laatste optraden, maar de afwachtende spanning was duidelijk voelbaar in de minuten tussen de soundcheck en de opkomst van de band. Al bij het eerste nummer, ‘Mo Money’, werd het duidelijk dat Shortstraw de meest ervaren band van de avond was. Niet alleen de stage-presence van alle leden, maar ook de nonchalance waarmee ze met het publiek communiceerden: speels en ongeforceerd. De single ‘Bikini Weather’ volgde en werd uit volle borst meegezongen en ook ‘Gimme My Fix’ bleek een feest der herkenning, zeker onder de grote groep Zuid-Afrikanen die het publiek rijk was. Het ene zomerse hitje volgde het andere op, wat een een dansbaar uurtje creëerde. Wat echter wel opviel is dat veel nummers qua opbouw en sound zo op elkaar lijken dat het meezingen soms wat verwarrend was omdat je de tekst van het ene op de muziek van het andere wilde zingen. Halverwege hun set kondigde zanger Alastair Thomas aan dat de band wat cadeautjes voor ons had meegenomen en slingerde een supermarktassortiment aan Zuid-Afrikaans snoepgoed het publiek in. Na ‘Good Morning, Sunshine’, van hun gelijknamige album uit 2013, kondigde de band het laatste nummer aan. ‘Couch Potato’ startte nieuwe dansjes en tijdens de toegift van ‘Say My Name’ en ‘Wedding Blues’ stroomde het podium bijna over van alle vrolijk dansende en meeschreeuwende mensen terwijl de band lachend de nummers probeerde uit te spelen. De Euro Safari-tour eindigde deze avond in de theaterzaal van de Melkweg met gedans, gelach en het besef dat Amerika en Groot-Brittanië duidelijk niet het alleenrecht op dansbare indiepop bezitten.