Onder de noemer ‘32 jaar later’ geeft Doe Maar op 15 en 16 juni 2016 twee concerten in de Ziggo Dome. Het is al de vijfde keer dat Nederlands populairste band ooit voor reünieoptredens weer bij elkaar komt, maar nieuwe muziek hoeft het publiek niet meer te verwachten, zegt Henny Vrienten: “Dat gaan we niet meer doen. Het album ‘Klaar’ (2000) heet niet voor niets zo: daar zijn we wel klaar mee.”
Henny Vrienten bracht zelf dit jaar het album ‘Alles Is Anders’ uit maar kijkt er altijd naar uit om weer met Doe Maar muziek te maken, vertelt hij. “Spelen met Ernst Jansz en Jan Hendriks is echt het allerleukste. Elke keer als we zin hebben om dat te doen, dan gaan we het gewoon doen.”
Bandje van vroeger
Een nieuw album van Doe Maar is echter een ander verhaal. Na de reünieplaat Klaar verscheen er alleen nog ‘Versies/Limmen Tapes’ in 2012, met nieuwe bewerkingen van oude nummers. “Ik vond Klaar niet een echte Doe Maar-plaat”, zegt Vrienten. “Dat zijn twee componisten die elkaar aardig vinden en daarom samen nog een plaat hebben gemaakt. Ernst was kleiner gaan spelen, meer de bard met gitaar geworden. En ik was toen volop bezig met rappers, gebeuk en samples. Het was niet echt het bandje van vroeger meer.”
Tijdloos
Dat bandje van vroeger is Henny Vrienten door de jaren heen steeds meer gaan waarderen. “We waren goed bezig, dat hoor ik nu ook. Een plaat als ‘Skunk’ uit 1981 is heel goed gemaakt. Het is zo helder en direct gemixt dat het tijdloos is. We gebruikten geen klanken die toen modieus waren, gewoon drums, bas, gitaar, een keyboard en zang, dat was het.”
Spreektaal
Doe Maar zorgde destijds voor de doorbraak van Nederlandstalige popmuziek. Over de insteek van de teksten was goed nagedacht, herinnert Vrienten zich: “Het moest spreektaal zijn, geen wollig poëtisch gedoe. Als er een woord in een liedje stond dat je niet minstens één keer per dag gebruikte, dan moest het eruit. Je moet het gelijk kunnen begrijpen. Zo streng waren we op onszelf.”
Feestgangers
Vrienten moest wel worden overgehaald door Ernst Jansz om in een Nederlandstalige band te gaan zingen. “Dat was een grote overgang voor mij, iedereen verstaat direct wat je zingt. Daarnaast had ik mijn leven al redelijk op orde en bestond Doe Maar uit een bende feestgangers. Dus ik aarzelde. Toen ik toehapte zei Ernst: we zijn een plaat aan het maken en komen nog drie liedjes tekort. Toen heb ik in één middag ’32 jaar’, ‘De Laatste X’ en ‘Smoorverliefd’ geschreven.”