De Zweedse zangeres Karin Park heeft een roerige tijd achter de rug. Na het recent uitgebrachte album ‘Apocalypse Pop’ is het Scandinavische deel van de gelijknamige Europese tour in alle hevigheid losgegaan en had zij zich tussendoor bijna gekwalificeerd als Noorse inzending voor het Eurovisie Song Festival in Wenen dat volgende maand alle media zal beheersen. De zaken staan er momenteel iets anders voor want op het moment dat wij haar spreken staat alles nog in het teken van London Calling in Amsterdam, een festival waar zij zich maar al te graag wilt bewijzen. Park zet graag de auto even aan de kant wanneer wij haar bellen, om een en ander eens rustig op een rijtje te zetten.
Het kan vreemd lopen. De kenners tipten haar niet alleen als winnares van de Noorse voorronden maar ook als nummer één van de finale die eind mei in Wenen zal plaatsvinden. De zangeres lijkt nauwelijks aangedaan door het mislopen hiervan. “Ook al zou ik het willen, er is nauwelijks tijd om daarbij stil te staan”, aldus Park die zich halverwege de Europese tournee bevindt. De zangeres realiseert zich als geen ander dat er belangrijkere zaken in het leven zijn en daar haalt ze ook nog eens heel veel inspiratie uit die in haar muziek is terug te vinden. Het tijdens eerdergenoemde voorronde door haar gezongen ‘Human Beings’ is daar misschien het beste voorbeeld van. “Een paar jaar geleden werd bij mijn vriend kanker gediagnoseerd. Ik heb al mijn muzikale activiteiten moeten beperken omdat ik er voor hem wilde zijn maar ik heb uiteindelijk wel mijn emoties later in de muziek verwerkt. Ik heb er over geschreven en het gaf mij een goed gevoel. Het lijkt een vorm van therapie maar je hebt geen keus en moet noodgedwongen kunnen omgaan met dit soort dingen. Het maken van muziek helpt mij als ik gefrustreerd ben of wanneer ik het moeilijk heb. Het helpt mij om verder te gaan”.
Het luchtige karakter van haar muziek zoals ze die jaren geleden maakte lijkt tot het verleden te behoren. Apocalypse Pop is op het eerste gehoor, mede veroorzaakt door stemmige en donkere elektronische klanken, een ietwat sobere plaat. “Ik heb dat vaker gehoord en dat klopt denk ik. Mijn teksten bevatten veel autobiografische elementen. Er is tussen ‘High Wire Poetry’, het vorige album, en deze dan ook veel gebeurd, zowel positief als negatief, zoals dat bij iedereen het geval is in een tijdsbestek van twee jaar. Desondanks is het geen neerslachtig album geworden denk ik. Er spreekt ook veel kracht, hoop en optimisme uit”. ‘I’ll make your shoulders strong, Put you back on the throne where you belong’, zingt ze in eerdergenoemde track over haar vriend. Op de vraag naar zijn reactie nadat hij het voor de eerste keer beluisterde, antwoordt ze lachend: “Mijn vriend reageerde niet heel uitbundig op mijn tekst toen ik het hem voorlegde. Hij is niet echt een sentimenteel type. Ik geloof dat hij alles wel leuk vindt wat ik doe”.
Het contrast met haar fans is vele malen groter. “Ik wordt vaak aangesproken door mijn publiek na een optreden. Ik krijg ook vaak e-mails of berichten via Facebook. Het bijzondere is vaak dat zij iets van zichzelf in mijn muziek herkennen terwijl ik er soms iets anders mee bedoelde. Het is mijn vertolking van een bepaalde kwestie en zij geven daar een eigen interpretatie aan en dan bedanken ze mij daarvoor”. Dat het publiek zich tijdens de optredens uitstekend vermaakt en soms zelfs uitbundig reageert op muziek die deels is voortgekomen uit persoonlijke ellende is voor haar absoluut geen probleem. “Het is wel degelijk een speciaal gevoel maar ik zie de enthousiaste reacties tijdens en na afloop van de show als een compliment. Dat is nu juist zo mooi van muziek. Dat het iets met je doet”.
Ook op het London Calling Festival, waar ze in een laat stadium aan het programma is toegevoegd, hoopt ze iets los te kunnen maken bij het publiek wanneer ze zich op de vrijdagavond in Paradiso moet bewijzen tussen allerlei hippe, alternatieve indie-acts waar we later dit jaar nog veel meer van gaan horen. “Ik heb al eens tijdens Eurosonic in Nederland opgetreden en daar zijn indertijd bijzondere contacten gelegd waar mooie dingen uit zijn voortgekomen. Zo waren daar ineens optredens in Istanbul en ook een in Paradiso”.
Was het toen simpelweg heel erg leuk om in al die nieuwe plaatsen op te treden, deze keer zijn de verwachtingen hoog gespannen. De reacties op het nieuwe album zijn ook nog eens heel goed. Voor het prachtige artwork is in eigen land zelfs al een onderscheiding uitgereikt. Ondanks dat de muziek voornamelijk elektronisch georiënteerd is, blijkt het op het podium geen enkel probleem om de nieuwe tracks te reproduceren. “Samen met mijn broer en een producer/dj geven we er een eigen draai aan waardoor het soms iets afwijkt van wat er op het album te horen valt. We kiezen niet bepaald de meest gemakkelijke weg. Er wordt nauwelijks voorgeprogrammeerd. Het meeste wordt live gedaan en daarom kunnen we onze creativiteit op zijn beloop laten. Zo is er ruimte om te improviseren en bekijken we op dat moment wel waar dat toe leidt. Op die manier blijft het voor zowel publiek als voor ons interessant”. Dat er ook festivalprogrammeurs op het festival rondlopen had ze al gehoord. “Mochten er nog vervolgafspraken gemaakt worden voor festivals later dit jaar dan zou dat natuurlijk wel heel erg leuk zijn maar wij laten ons daardoor niet het hoofd op hol brengen”.