“Hebt u goed geslapen?” vraagt zangeres Inne Eysermans van Amatorski aan een redelijk gevulde tent twee. De band vormt de perfect dromerige aftrap van een zonovergoten dag twee van het Best Kept Secret Festival. Voor de Duitse pianist en componist Nils Frahm, die de Belgische band opvolgt, loopt de grote tent goed vol. Zo innemend verlegen als de artiest is, zo overtuigend is zijn prachtige muziek. Minimal music perfect gespeeld op synthesizer en piano vult de tent en brengt het publiek op de punten van de tenen.
Ook Wild Beasts is zo’n aardige band die melodische synthesizer muziek maakt. De mooie falsetstem van frontman Hayden Thorpe contrasteert fijn met de enorm diepe bas van de Britse Indiepop band. Vandaag ook veel aandacht voor gitaarrock en punk. Zo openen op het hoofdpodium The Bots. Twee piepjonge zwarte broers uit LA, die ondanks dat ze met zo weinig zijn, klinken alsof er een hele band op het podium staat. Vette, op blues gestoelde gitaarrock en een enthousiasme dat op veel bijval kan rekenen uit het publiek.
Ook Radkey, in de kleine tent drie, wordt gevormd door broers. Drie in dit geval en de zwarte tieners uit Missouri ogen nog jonger dan de The Bots. Maar spelen kunnen ze: onvervalste punkrock met Ramones koortjes. Het duurt dan ook niet lang tot de zandvloer voor het podium in een stoffige moshpit verandert. De band straalt en het publiek heeft grote lol. Het contrast met de Ierse Girlband in tent vijf kon niet groter zijn. De mannen uit Dublin spelen wel heel minimalistische punk met veel fuzz. Ze zijn goed, maar er kan geen lachje af.
En dan zijn er ook nog The Witches later op de dag. Drie jongens met gordijnharen die vette, psychedelische gitaarrock spelen. Zwaar! Veel fans vandaag voor Slowdive, de jaren tachtig shoegaze band, die na twintig jaar, tot grote vreugde van zijn aanhangers voor een reünie tour bij elkaar is. Bezwerende melodieën en dreampop vullen tent twee. Anderhalf uur later is de sfeer in tent twee volledig anders bij Metronomy. Coole dudes in witte pakken en een vrouwelijke drummer krijgen de tent meteen aan het dansen. Met hun aanstekelijke crossover van dance met jaren 70 funk gaat een overvolle tent twee uit z’n dak.
Op het hoofdpodium verovert onvervalst podiumdier Miles Kane, voor de gelegenheid gestoken in legging en panterjasje, het festival. Met catchy festivalrock en veel enthousiasme haalt hij het publiek gewiekst uit zijn midden-van-de-festivaldag-dip. Meezingers en een intermezzo van ‘Sympathy for the Devil’. Als hij eindigt met zijn hit ‘Dont’ Forget Who You Are’ zingt het hele veld de koortjes mee.
Het begin van de warme zomeravond is voor War On Drugs. Terwijl de lage zon het festival in een gouden licht zet en luchtballonnen over zweven, speelt de Amerikaanse band schilderachtig mooie nummers met teksten als kleine verhaaltjes. Melancholiek, maar toch ook vol hoop. Klassieke heartland rock met folk en Americana invloeden en nummers die doen wegdromen over lange autoritten door het weidse Amerikaanse landschap. “And here we are, Midsummer’s Night. What a lovely place to be!” Zoals zo veel bands die het hoofdpodium betreden en het grote veld overzien, geflankeerd door het meer aan de ene en de bosrand aan de andere kant, kan Alex Kapranos zijn verbazing bijna niet verbergen. Slotact Franz Ferdinand maakt zijn naam als festival feestact meer dan waar. Terwijl langzaam de duisternis invalt, levert de band hit na hit en danst en springt het publiek tot achter op het veld.
Foto’s (c) Armelle van Helden