De eerste groep van twaalf namen zijn bekendgemaakt die kans gaan maken op het toetreden tot de Zweedse Music Hall of Fame. Zweden heeft een niet echt veel grote bands en of sterren voortgebracht, maar die paar die wel tot de top reikten, dat zijn echte toppers. Denk hierbij aan ABBA, Roxette, Ace of Base, Europe en de Cardigans, zij hadden allen grote hits. Ook de modernere artiesten als Eric Prydz, Robyn, Swedish House Mafia, Avicii en Icona Pop hebben al flinke successen geboekt. De Zweedse Hall of Fame is onderdeel van een nieuw complex alwaar ook ABBA: The Museum gehuisvest is.
Meest opmerkelijk is de naam van Cornelius Vreeswijk in de lijst. De in 1937 geboren IJmuidenaar verhuisde in 1960 naar Stockholm en debuteerde in 1964 met Ballader och oförskämdheter (“Ballades en vrijpostigheden”). Zijn grote doorbraak kwam in 1968 met Tio vackra visor och personliga Person (“Tien mooie liederen en persoonlijke Person”, een woordspeling op een Zweedse achternaam).
Hij nam ook liederen op van Carl Michael Bellman (1740-1795, een Zweeds dichter) en Evert Taube (1890-1976), zijn directe voorganger als belangrijkste Zweedse troubadour. Vreeswijk was geliefd in Zweden, maar ook omstreden. Een aantal van zijn liedjes mocht niet op de radio gedraaid worden omdat men de teksten aanstootgevend vond. Vreeswijk lag ook meermalen in de clinch met de Zweedse belastingdienst en hij stierf in 1987 berooid.
De eerste 12 namen:
•ABBA
•Roxette
•Entombed
•Ebba Grön
•The Latin Kings
•Monica Zetterlund
•Cornelius Vreeswijk
•Eva Dahlgren
•Stina Nordenstam
•Evert Taube
•Jan Johansson
•Nationalteatern