Toen mij het verzoek bereikte of ik Tony Joe White telefonisch wilde interviewen ten gelegenheid van zijn nieuwe cd “Hoodoo” hoefde ik er niet lang over na te denken. De ‘Swampfox’ is al decennia lang een held van me en zo’n kans laat ik niet gauw schieten. Halverwege september zal het album verschijnen en ik mocht er als voorbereiding alvast naar luisteren. Tony Joe White is net vorige maand 70 jaar oud geworden, maar kennelijk nog niet van plan op zijn lauweren te gaan rusten.
Op de afgesproken tijd krijg ik mijn held aan de lijn die met een gemompeld “Hello” opneemt. Het is mij meteen al duidelijk dat hij net zo spreekt als zingt, dus met een zwaar Louisiana-dialect, maar gelukkig toch goed verstaanbaar. Ik stel mij aan hem voor en begin het gesprek.
Dear Mr. White, het is mij een genoegen u te mogen spreken over uw nieuwe album.
Met alle plezier.
U staat op het punt uw nieuwe album “Hoodoo” uit te brengen. Ik zal u niet vervelen met opmerkingen als ‘waarom op uw leeftijd’ en dergelijke. Maar na uw laatste twee albums had ik de indruk dat u het welletjes vond. “Deep Cuts” was een verzameling van nieuw en opnieuw opgenomen ouder materiaal en op “The Shine” kreeg ik door de tekst van “Paintings On The Mountain” and “A Place To Watch The Sun Go Down” de indruk dat u het rustiger aan wilde gaan doen. Had u inderdaad het idee om met pensioen te gaan of heb ik het verkeerd begrepen?
Pensioen is een woord dat ik niet gebruik. Zo lang er liedjes in mijn hoofd blijven ontstaan blijf ik doorgaan. Ook voor dit album had ik 25 tot 30 songs klaar liggen, waarvan er uiteindelijk negen op de cd zijn verschijnen. De songs ontstaan bij mij vanzelf. Misschien is het een gave, maar ik zal er voorlopig mee door blijven gaan.
Waar wordt u na al die jaren nog door geïnspireerd?
Ach, dat kan van alles zijn. Een gitaarlick, een woord dat ik hoor, een zin die ik lees. Ik schrijf het op of onthoud het, wandel met mijn gitaar naar de rivier en werk het dan verder uit. En dan ontstaat er vanzelf iets dat ik kan gebruiken.
Uw vaste muzikanten zijn nog steeds drummer Bryan ‘Cadillac’ Owings en bassist Steve ‘Troll’ Forrest. Hebben zij invloed op de nieuwe songs of zijn die al klaar als u ermee de studio ingaat?
De songs bestaan dan al min of meer in mijn hoofd. In de studio speel ik dan de eerste 30 seconden en laat hen dan invallen. Op deze manier ontstaan de songs op een spontane manier en vaak hebben we dan maar een enkele take nodig om ze op te nemen. Dat is naar mijn mening de beste werkwijze.
Nu weer terug naar het nieuwe album. Volgens de informatie die ik van de platenmaatschappij heb ontvangen keert u hiermee weer terug naar uw oude geluid. Maar naar mijn mening heeft u altijd hetzelfde geluid behouden. Hoor je Tony Joe White dan weet je dat het Tony Joe White is. Wat wordt er bedoeld met de terugkeer naar het oude geluid?
(lachend) Ik weet ook niet wat platenmaatschappijen met dergelijke teksten bedoelen. Ik heb altijd mijn eigen muziek gemaakt en nooit enige concessies gedaan aan andere stijlen. Misschien dat het wat grimmiger klinkt, zoals in “The Gift”, dat zich op een begraafplaats afspeelt, maar verder is het gewoon mijn eigen ‘swamp blues’-stijl.
Ik mocht al naar het album luisteren via SoundCloud en heb de indruk dat het wat meer autobiografisch is geworden dan vorige albums. Ik wil graag enkele songs bespreken, zoals “The Gift”, die u al noemde. Waar gaat dit nummer over?
Het is een song, die ik al enkele jaren in mijn hoofd had. Het gaat over een jongen die met zijn gitaar rondreist en terecht komt op een begraafplaats in Clarksdale, Mississippi, waar de oude blueszangers liggen begraven. Hij ontmoet daar een lange vrouw die hem zegt de blues te zingen. Dan komen uit de graven allerlei geesten, die met hem meezingen en als hij klaar is verdwijnen zij weer. Hij vertrekt en krijgt een lift aangeboden van diezelfde vrouw, die hem vertelt dat hij heeft geholpen de geesten die nog rondwaarden over te laten gaan naar een volgend leven. Zij zegt hem dat hij deze gave (“The Gift”) heeft en dit de rest van zijn leven moet onthouden. En dan is ook zij verdwenen.
“9 Foot Sack” is duidelijk over uw jeugd in Louisiana?
Ja, dat klopt. Ik ben geboren in Oak Grove, Louisiana en was de jongste van zeven kinderen. Ik had nog vijf zussen en een broer. Mijn vader had een katoenboerderij en in onze jeugd speelden wij allemaal gitaar en piano. Zelf raakte ik pas geïnteresseerd in de blues toen mijn broer aan kwam zetten met een plaat van Lightnin’ Hopkins. Dat veranderde toen mijn hele kijk op de muziek en daar gaat deze song in grote lijnen over.
De meest interessante en intrigerende song vind ik zelf “Gypsy Epilogue”. Kunt u mij er meer over vertellen?
Leuk dat je dit zegt. Mijn vrouw kwam met de eerste regel aan ‘The gathering of spirits, the scattering of souls’ en toen dacht ik van “Ho, wat hebben we hier?” Zij is de meest psychologische en filosofische van ons beiden en met deze regel ben ik verder aan de slag gegaan.
Mijn drummer en ik zijn net terug uit Montreux, Zwitserland, waar vooral dit nummer goed werd ontvangen en meer applaus kreeg dan bijvoorbeeld “Polk Salad Annie”!
Bent u tevreden met het nieuwe album?
Of ik tevreden ben? Ja (lacht), anders had ik het niet uitgebracht. Ik ben er erg blij mee. Het album bouwde zichzelf heel makkelijk op en het is leuk om deze nieuwe songs te spelen. In Montreux heb ik er al enkele van gespeeld en die kregen een goede respons van het publiek.
Aan het begin van ons gesprek heb ik u beloofd dat ik u niet zou lastig vallen met vragen over uw leeftijd en een eventueel pensioen. Ik heb een beetje gejokt. U bent nu 70 jaar, een leeftijd waarop de meesten het rustiger aan gaan doen. Wat kunnen wij nog verwachten van Tony Joe White?
Ik stop er nog niet mee. Voorlopig heb ik nog zo’n 25 songs liggen die zijn overgebleven van dit album. En het schijnt dat Tina Turner weer iets met me wil gaan doen. Er zijn in Montreux wat contacten geweest. We traden er een dag voordat zij trouwde op en ik heb haar zelf niet gesproken, maar haar manager Roger Davies vertelde dat er interesse bestond. Mocht er verder niets van terecht komen dan heb ik altijd mijn eigen songs nog. Dus een volgend album komt zeker. En ik kom op tournee naar Europa, volgende maand ben ik in Nederland. Misschien zie ik je dan?
Dat zou ik erg leuk vinden. Goed, dan ben ik klaar met de vragen die ik voor u heb. Ik dank u hierbij hartelijk voor uw tijd. Ik wens u erg veel succes met het album en de toekomst. En wellicht zien wij elkaar volgende maand.
Dat zou ik leuk vinden. Mijn dank is wederzijds. Tot ziens in Nederland.