Al in 2010 won hij de ‘King of the Blues’-verkiezing, dus je kunt wel zeggen dat zijn debuutalbum relatief lang op zich heeft laten wachten. Maar eindelijk is ‘ie daar dan. Randy Scott is geboren in Detroit en raakte door de platencollectie van zijn vader geïnteresseerd in de blues. Hij vertrok naar Hollywood, studeerde af van het Guitar Institute en besloot na jaren van rommelen in de marge zijn gitaren te verkopen en niet meer te spelen. Toch kruipt het bloed waar het niet gaan kan en 9 jaar later begon hij weer met spelen, deed mee aan ‘King of the Blues’ en won die dan ook prompt.
Het debuutalbum “Out Of The Blue” is dit jaar uitgekomen en bestaat uit 13 zelfgeschreven nummers. Gitaarlegende Albert Lee speelt mee op twee songs. Scott beweegt zich binnen de bluesrock, maar dan het subtiele en melodieuze werk. Het begin en het einde van het album is akoestisch en er tussenin krijgen we een scala van stijlen voorgeschoteld, zoals bluesrock, poprock, country en jazz. Ook voor wat betreft tempo en swing is het een gevarieerd aanbod; het verveelt geen moment.
Het album begint rustig met een stukje akoestische gitaar, maar dat is slechts het intro van het verder elektrisch gespeelde “Ramblin’ Man Blues”, een vlotte rocker met vurig gitaarwerk en een prettig ritme. Zo krijgen we nog een aantal songs aangeboden. Dit afgewisseld door slowblues (“Can’t Quit On You”), jazz (“Fire”) en country (“Mean-Hearted Woman” en “Hell To Pay”). De countryinvloed in beide laatste songs komt voornamelijk door de medewerking van Albert Lee. Mijn favoriete songs zijn het jazzy “Nothin’ But A Twang” met opvallende contrapunctie en een vlijmscherpe gitaarsolo, de bluesballad “Can’t Quit On You” en “Out Of The Blue” met ingewikkeld gitaarwerk.
“Out Of The Blue” is uitstekend debuutalbum. Randy Scott is een meer dan uitstekend en ook smaakvol gitarist, die bovendien over een prettig stem beschikt en prima songs kan schrijven. Een aanrader. (8/10) (Favored Nations Entertainment)